woensdag 30 juni 2010

Mores

Annemarie Jorritsma, burgemeester van Almere, heeft geweigerd, de raad van die gemeente te vertellen, waarom ze altijd heeft ontkend, kandidaat voor het burgemeesterschap van Amsterdam te zijn, terwijl ze door de Amsterdamse vertrouwenscommissie als eerste op de lijst werd gezet.

In een brief aan de fractievoorzitters in Almere schrijft Jorritsma: 'Ik kan noch wil op deze vraag reageren omdat de mores in ons bestel mij dat niet toelaat en ik niet van plan ben in strijd met die mores te gaan handelen via lekpraktijken'.

Wat 'n flauwekul.

Blijkbaar is het tijd dat de raad van Almere zijn burgemeester de broodnodige mores bijbrengt.

dinsdag 29 juni 2010

De postbode en andere dorpsfiguren

De postbode verdwijnt. De meteropnemer en de doodbidder achterna. Eerder moesten we – nou ja onze overgrootouders – het water- en vuurvrouwke al missen.

De postbode, de meteropnemer en de doodbidder, zijn onverbrekelijk verbonden met mijn dorpse jeugd. Daaraan moet ik nog regelmatig denken als ik op het Franse platteland, zo’n geel autootje van La Poste langs les Routes de Dieu zie snellen, stoppen, rijden, stoppen met de knipperende alarmlichten aan. Wie de clignoteurs laat knipperen doet vaak iets wat niet mag, zeg ik altijd. Aan de linkerkant van de weg stoppen en de auto met draaiende motor laten staan bij voorbeeld. La Poste. Let op: vrouwelijk – bij ons was het vroeger ook Tante Pos zonder t. Let op 2: de kleur geel, erfenis van de postkoetsen. Niks rood, niks oranje. Geel is de kleur van de post. Wie daar als postbedrijf tegen zondigt tekent z’n eigen doodvonnis.

Onze postbode, die van het dorp, heette Rops.  Hij had er een sigarenwinkel bij, maar ik kan me niet herinneren dat hij ook postzegels verkocht. Daarvoor had je immers het postkantoor. Punt uit. Ook moet ik betwijfelen of Rops z’n ronde deed met een bolknak in z’n mond – dat zou door de PTT als ondisciplinair zijn beschouwd, denk ik. Hoe zo’n man was uitgerust, met een enorme zwart-lederen tas en, in weer en wind gehuld in wijde cape, waarmee hij die half geopende tas tegen de regen beschermde.

De meteropnemer was Veltman. Een reusachtige vent, die bij Harmonie Concordia op de grote trom sloeg. Naast hem liep een klein ventje dat de bekkens hanteerde, maar dat geen gevoel voor maat of ritme had. Daar had Veltman het volgende op gevonden: ‘Ik roep Leve de meid van Vos en direct daarop doede gij Tsjing! Dus: Leven de meid van Vos Tsjing!’  Veltman was, eerder dan Rops de postbode, een wandelend nieuwsblad. Maar aan nieuws checken deed hij niet. Ooit stond hij, temidden van het publiek, naar een brand te kijken en zei: ‘Ze zeggen dat het mee ‘n heel klein vlammeke aangekomen is’.

De doodbidder. Dat was iemand, die een reeks adressen afwerkte om kond te doen van een overlijden. Gekleed in lange zwarte jas en met hoge hoed. In plaats van, of in aanvulling op rouwkaarten en advertenties. Bij ons was dat een nevenbaantje van koster Van der Heijden, die trouwens ook een garen- en bandwinkeltje dreef tegenover de kerk. Hij belde aan en draaide zijn riedel af, ongeacht wie open deed, dus ook al was dat een kind van ‘n jaar of zes. Stond-ie daar, met moeite zichzelf serieus nemend – bespeurde ik niet een scheef lachje? ‘De familie Dinges deelt u met droefenis mee….’ Zoiets.

Van der Heijden was sowieso een bijzondere figuur. Als-ie ‘s zondags in de kerk de centen ophaalde, kon-ie het niet laten geintjes te smiespelen. Zodat mijn vader ‘n keer quasi bestraffend zei: Van der Heijden, als je nog eens flauwekul maakt, geef ik een klap onder die dikke portemonnee van je, dat de centen door de kerk vliegen. Van der Heijden, de volgende zondag, zich naar mijn vader toe buigend: ‘Ge zijt er toe in staat, smeerlap!’

Allemaal voorbij.

zaterdag 26 juni 2010

Lawaai

Vanmorgen vonden wij in onze brievenbus een strookje met de volgende print:

Lieve mensen,

Ik woon op Xxxxx xx en geef vanavond een feest omdat ik vandaag 16 ben geworden.
Het feest duurt tot 3 uur maar om 1 uur gaat de muziek zachter.
Ik hoop dat u genoeg aan deze informatie heeft.
Groetjes Xxxxx van Xxxxx

Gefeliciteerd, Xxxxx en veel plezier. Wij plannen het naar bed gaan vanavond wel ‘n uurtje later.

Hein van Dooren heeft vandaag in het regiokatern van het ED een column, waarin hij de spot drijft met een spoorwegbeambte die hem en een vriend in een stiltecoupé tot stilte maant. Tja. Wanneer is iets goed en wanneer niet als het over lawaaibeperking gaat?

De ZZP-er, die met een gehuurde hoogwerker de zoveelste opknap- annex repatiebeurt uitvoert aan de gevel van het appartementenblok aan de overkant, is al met slijptollen en aanverwante lawaaimakers sinds maandag bezig en – tijd is geld – was vanmorgen (zaterdag) vóór 10 uur alweer aan de gang. In zijn schafttijd wordt z’n bouwvakkersradio even niet overstemd door zijn machines. Ik vraag me wel eens af, wat er allemaal in het begrip tolerantie kan worden ondergebracht.

Trouwens, dezer dagen komt de plansoenendienst wel weer voorbij met haar kolossale maaimachines – soms twee tegelijk.

We hebben tegenwoordig een Dag van Dit en een Dag van Dat, elke dag wel wat. Alleen… een Dag van de Stilte ontbreekt nog. Zal ik die ooit nog eens meemaken?

vrijdag 25 juni 2010

Kassazegels

Als ik B met kroontje was, zou ik, gebruikmakend van het portretrecht, mijn hoofd op de nieuwe ‘postzegels’ van TNT Post weigeren.

Onlangs betoogde ik al in een stukje over ‘die verdomde privatisering’ dat de kwaliteit van de postzegels tot die van 'n soort kassazegels van de supermarkt is gedegradeerd.

postz_nw Nu laat TNT Post de waardeaanduiding op de postzegels vallen. (Zie afbeelding, ontleend aan de website van het postbedrijf.)  Er wordt met simpele cijfers gewerkt: 1, 2 enz. waarmee dan de relatieve waarde wordt aangeduid.

Voor het besluit, dat natuurlijk een regelrechte bezuinigingsmaatregel is, worden drogredenen aangevoerd als:  je hoeft nooit meer bij te plakken als je oude postzegel te weinig waard is. Maar het komt er natuurlijk op neer, dat TNT geruisloos haar tarieven kan verhogen en dan geen nieuwe zegels hoeft te produceren.

woensdag 23 juni 2010

Erg, erger, ergst

Vanmorgen het Eindhovens Dagblad doorbladerend, twijfel ik over het antwoord op de vraag, wat er erger is, het doordrukken van de groei van Eindhoven Airport, of de kneuterigheid, waarin de nieuwe bestemming van Weverij De Ploeg in Bergeijk dreigt te ontaarden.

Appels en peren. Qua importantie natuurlijk ook niet vergelijkbaar.

Waarom moet ik bij het zien van ex-minister Hans Alders, naar wie een gesprekstafel over Airport is genoemd, altijd aan Jan Klaassen denken? Komt het door de poppenkast, die deze gesprekken van belanghebbenden en omwonenden (lees slachtoffers) hebben opgeleverd?

Ik ben teugen. Deze sluipenderwijs toegepaste ‘opwaardering’ van het vliegveld Welschap, veertig jaar geleden al voorzien en door het toenmalige ED fel bestreden, kán gewoon niet in dit kleine land. Het verhaal van Alders c.s. is een advies. Het nieuwe kabinet moet er over beslissen, dat wil zeggen verantwoordelijken wier partijen in hun verkiezingsprogramma nauwelijks aandacht hebben besteed aan de overdonderende milieuproblematiek, inclusief het CO2-vraagstuk.  Een bekeken zaak.

Poppenkast. Laat ik es wat citeren: ‘Lawaaibakken worden geweerd, manoeuvres zoveel mogelijk op een stillere manier uitgevoerd. Dit kan bijvoorbeeld door glijvluchtlandingen en minder gebruik van motor en vleugelkleppen.’ Zien jullie het al gebeuren? Vooral die glijvluchtlandingen. Wie gaat dat straks allemaal in de gaten houden? Jan Klaassen?

De aankoop van de voormalige, door Rietveld ontworpen weverij in Bergeijk door de woningcorporatie Wooninc gaf in 2007 al aanleiding tot hoog opgetrokken wenkbrauwen, al zou een (gedeeltelijke) woonbestemming niet absoluut ondenkbaar zijn. Maar Wooninc had ambitieuzere, zij het ver van haar roots verwijderde plannen: een sociaal-culturele of maatschappelijke functie en/of huisvesting van jonge ontwerpers van de Design Academy in Eindhoven. Het ketste allemaal af, waarbij de perifere ligging van de Kempische grensplaats Bergeijk ten opzichte van de zelfbenoemde designstad een overwegende rol speelde.

Onder het motto ‘eindelijk perspectief’, signaleert het ED nu wat nieuwe ideetjes, die me de haren te berge doen rijzen – plannetjes die, als ze ook mislukken, tot gevolg zullen hebben dat Wooninc de fabriek weer in de etalage zal zetten. Als dat maar niet uitdraait op een strop à la zeeschip in Rotterdam. Met ideeën als het ‘onder de aandacht brengen van specifieke kanten’ van oude ambachten - klompenmaker, ouderwetse bakker, rietdekker - stevent men nu af op wat moet gaan heten Smaakfabriek De Ploeg, waarbij  het pruuven zal worden gestimuleerd door de Gulpener Brouwerij.

Wat dit met ‘smaak’ te maken heeft, blijft in nevelen gehuld. ‘Toeristische trekpleister’ dan? Waar horen we dat vaker? Gelukkig ligt België in de buurt, al zijn ze daar al rijkelijk gezegend met het Domein Bokrijk.  Laten we vooral hopen dat die van over de grens dat Gulpener bier lusten.

dinsdag 22 juni 2010

Factuurfraude

Minstens zestien bedrijven in Zuid-Oost Brabant zijn het slachtoffer van factuurfraude bij TNT Post. Er zijn duizenden euro’s mee gemoeid.

De criminelen passen de volgende trucs toe:  1. Ze voorzien de facturen van een sticker met een tekst als ‘Let op, ons banknummer is veranderd’. Volgt het rekeningnummer van de potentiële dief. 2. Ze maken een kleurencopie van de rekening en veranderen daarop de gegevens.

Sorry, maar ik zit hierom te grinniken, want voor het eerst blijkt dat internetbankieren veiliger kan zijn dan werken met analoge accept-girokaarten. Wie wel eens langs digitale weg geld heeft overgemaakt, weet dat de bank de referentie tussen het opgegeven banknummer en de naam van de begunstigde controleert. Als dat banknummer nog niet in je ‘contacten’ staat, bevestigt de bank de juistheid van de combinatie, of…niet. Het kan ook zijn dat de bank meedeelt: Dit nummer is van die en die. De fraudeur?

Heeft TNT, waarvan ik me kan voorstellen dat ze intussen van haar postdivisie af wil (opnieuw nationaliseren die handel!) dit laatste controlemiddel al eens uitgeprobeerd?

Werken met over de post verstuurde facturen plus accept-girokaarten is trouwens aan het verdwijnen. Goedkoper en sneller is het systeem van digitale nota’s waarop onder anderen gemeenten en zorginstellingen al geheel of gedeeltelijk zijn overgeschakeld. 

maandag 21 juni 2010

Christelijke beschaving

Soms vang ik nog wel eens wat op van het radioprogramma Nachtvluchten, zaterdags van 02.00 tot 07.00 uur. Herhaling van interviews en een verse gast die daarvoor vroeg uit de veren moet. Frank van Dijl sprak deze keer met een medisch ethicus. Terloops passeerde een fragment van een reportage door de legendarische KRO-man Paul de Waard van de viering van Honderd Jaar Kromstaf: het feit dat het in 1953 een eeuw geleden was dat in Nederland de bisschoppelijke hiërarchie werd hersteld. De katholieken mochten toen weer uit de kast.

‘Honderd jaar kromstaf, geen idee wat dat betekent’, zei Van Dijl en dat vond ik een blunder voor een interviewer, die daar tevoren met drie muisklikken achter had kunnen komen.

Wij leerden op de lagere school: ‘Onder de kromstaf is het goed leven’. Dat was geen verheerlijking van het roomse geloof of zoiets, maar een verwijzing naar de abdijen in de middeleeuwen, die letterlijk beschutting boden aan het gewone volk. Abdijen waren als ommuurde stadjes in de woestenij, die schielijk hun poorten konden sluiten als er weer een of andere roversbende in aantocht was. Deze beschuttingsfunctie is nog goed te zien aan de Norbertijnerabdij van Postel, in de Vlaamse Kempen. En, voor de volledigheid, abten lijken qua outfit op bisschoppen, inclusief mijter en kromstaf.

Het is dit soort informatie, die ook tot ons komt in de zesdelige documentaireserie God in de Lage Landen van de EO, waarvan zondagavond het tweede deel was te zien. Gezien het soort onwetendheid als aangetroffen bij zelfs een radiopresentator, een bijzonder nuttig programma: het drukt ons met de neus op het feit dat onze westerse beschaving is afgeleid van het christendom (of we dat nou leuk vinden of niet). Presentator Ernst Daniël Smid maakt er een onderhoudende show van, die stellig veel ‘leerlingen’ in de ban houdt, al is het wel wat potsierlijk, ter afsluiting van een aflevering met een bokaal trappistenbier van Westfleeteren op de Domtoren van Utrecht te gaan staan.

Laat ik het verder nog even hebben over die zondagavond-televisie, al was het alleen maar omdat het karakter daarvan vanaf 9 september drastisch zal zijn veranderd: nieuwe dames en heren (zendgemachtigden) nieuwe wetten. Reden om ons hart vast te houden.

Want je weet wel wat je hebt, maar niet wat je krijgt. En we hebben nu: Van Dis in Afrika, een enigszins ironisch ingestelde, maar hoffelijke oude heer met een opschrijfboekje en een vulpen, die zichtbaar bijna verzuipt (zijn woord) in de Atlantische Oceaan, die met zijn koffer op wieltjes een hut in een toeristisch Zuludorp betrekt om er te overnachten, die met jonge Zulumeiden openhartig praat over maagdelijkheid als bescherming tegen Aids. Kortom een uiterst onderhoudende serie, maar dat wisten we eigenlijk al van een vorige keer.

En we hebben Kruispunt van de RKK, dat in september dus naar een doordeweekse avond om half zeven verhuist. Altijd de moeite waard geweest, even te kijken, zeker als het om actuele vraagstukken ging. Deze zondagavond bood ze voornamelijk ontroering met een reportage over de manier waarop de Katholieke Bond van Ouderen (KBO) in Brabant al 60 jaar het summum van collectieve mantelzorg en solidariteit weet te bereiken.

Minder, want wat in elkaar geflanst en nauwelijks iets toevoegend was het item over abdis Theresia Brenninkmeijer van het kloostertje van ‘de lachende zusters’ aan de kust van Denemarken, die ervan wordt beschuldigd, de dood te hebben veroorzaakt van een demente non. ‘De politie heeft de zaak in onderzoek’.

Een facet van ‘de christelijke beschaving’, dat wel, maar als het daarover gaat, heb ik liever met de KBO van Brabant te doen.

En dan ben ik bijna nog iets belangrijks vergeten: Zembla! Deze aflevering ging over de 35 (!) hangjongeren in Veldhoven, die zijn aangehouden in verband met een veelheid aan vormen van criminaliteit, van inbraak tot brandstichting, drugshandel en –gebruik. Het volstrekte deficit van de opvoeding, de zorg en de handhaving in deze satallietstad van Eindhoven. Wat in Veldhoven resteert is  onzekerheid over de toekomst van de jongeren, die worden geregisseerd door een 23-jarige, wegens gebrek aan bewijs niet aangehouden man. Van hem is de volgende uitspraak  blijven hangen: ‘Wie praat zal boeten.’

Wat ‘n wonder dat die jongeren de Zembla-camera liever kwijt waren dan rijk.

vrijdag 18 juni 2010

Extremisten?

Wat de gemiddelde kiezer dus absoluut niet snapt is, waarom D66 en GroenLinks met elk 10 zetels wèl, en de SP, in grootte, met 15 zetels, direct volgend op het CDA, nu niet betrokken wordt bij de informatiefase. Ik maakte daar vanmorgen chattenderwijs een opmerking over richting Sante Brun - in politicologie 'n stuk geleerder dan ik - die reageerde met: 'De SP wordt nog altijd geacht extremistisch te zijn en geen partij die de verantwoordelijkheid kan dragen. Of zoiets.'

Een onbevredigende verklaring. Extremer dan de PVV soms?

Ik vind dat Emile Roemer, maar eens iets moet zeggen.

donderdag 17 juni 2010

Op z’n Frans?

catastrophe Enkele honderden Nederlanders zijn betrokken bij de overstromingsramp in het zuidelijke Franse departement Var (Provence). Niet misselijk wat daar is gebeurd, al lijkt de ellende, althans wat de vakantiegangers betreft, beperkt tot – meestal door verzekering gedekte – schade.

Van dit vanuit de lucht gemaakt filmpje op de website van de krant La Provence krijg je een indruk van de omvang van de catastrophe. Reddingshelikopters hebben meer dan 450 vluchten uitgevoerd, onder meer om enkele duizenden mensen te evacueren. Er zijn volgens de persbureaus ongeveer 1850 hulpverleners ingezet. Toch hoor je weer het typisch Nederlandse gemopper, in de geest van ‘Het is weer op z’n Frans geregeld’. (Een Friese mevrouw volgens de krant Sp!ts – nieuws en entertainment.)  Hoe had u het anders gehad willen hebben, op z’n Hollands? Weinig piëteitsvol jegens de gastvrije Fransen, die zelf 25 doden hebben te betreuren.

En een ding is zeker: Er is nauwelijks een Franse camping te vinden, waar niet aan vrij recente overheidsregels is voldaan tot het vooraf waarschuwen van de gasten voor mogelijke calamiteiten en wat in zulke gevallen te doen. Wat kun je nog meer?

dinsdag 15 juni 2010

Wegdromen bij een ladder

Aarle, buurtschap in de gemeente Best, is als bewoningsgebied veel ouder dan 700 jaar. De naam wordt voor het eerst vermeld in 1312, maar onlangs is in toekomstige bouwgrond aan de Broekstraat een stuk van een trap gevonden (zo wordt het ding in het Eindhovens Dagblad genoemd), waarvan de ouderdom tot diep in de romeinse tijd zou kunnen teruggaan. De foto die bij het artikel in de krant stond toont iets wat eigenlijk meer op een ladder lijkt. Een meter 25 lang en 55 centimeter breed. Het laddertje zou zijn gebruikt om te kunnen afdalen in een waterput.

Bij zoiets kan ik aardig wegdromen. Zoals Vader Jacob deed toen hij zich, volgens het bijbelboek Genesis in Betel te rusten legde, met een steen als hoofdkussen. Hij zag vervolgens een ladder die op aarde stond en helemaal tot in de hemel reikte. En langs die ladder zag hij engelen omhoog gaan en afdalen. Ik bedoel maar: waarom met beide benen op de grond blijven staan, als er een ladder in de buurt is.

Na de vondst, binnenkort 100 jaar geleden, van een verguld-zilveren romeinse helm (sindsdien steevast 'goud' genoemd) in de Peel heeft ook menigeen zich aan dromerij overgegeven. Zo was er een man die beweerde langs paranormale wegen contact te hebben gehad met de drager van die helm. Weer anderen denken dat de helm van een in het veen omgekomen dolende ridder was.

Maar het kostbare en in elk geval bijzonder fraaie voorwerp berust sinds vele decennia in het Museum van Oudheden in Leiden en daar staat men gegarandeerd met beide benen op de grond. Men weet de helm vrij nauwkeurig te dateren (rond 320 na Christus) en geeft er op de website een nauwkeurige beschrijving van. Inscripties vermelden niet alleen de naam van de maker, maar ook het legeronderdeel waartoe de officier die de helm droeg, behoorde: de zesde cavalerieafdelingf!

Misschien hoeft het laddertje van Aarle niet naar dat Leidense museum, maar kan het straks in de Burgerzaal van het Bestse gemeentehuis een plaatsje krijgen. Al was het alleen maar om bestuurders eraan te herinneren, bij het uit de grond stampen van woonwijken voorzichtig te zijn met de authenticiteit van deze oude buurtschap. Opdat we kunnen blijven dromen.

(Gesproken column Omroep Best, 16 juni 2010)

maandag 7 juni 2010

Lezersbinding staat bij Franse krant voorop

Bij het Bredase Dagblad De Stem (tegenwoordig, sinds de samenvoeging met de Roosendaalse krant Brabants Nieuwsblad, BN De Stem) hadden ze 'n jaar of veertig geleden intern het motto: iedere abonné heeft het recht, eens in z'n leven z'n foto in de krant te zien. Wat daar in de praktijk van terecht is gekomen, weet ik niet, maar voor een regionale krant lijkt me dit een uitstekend uitgangspunt. Nog steeds.

Lezersbinding. Dat is onmiskenbaar ook het principe van de meeste regionale Franse kranten die ik onder ogen krijg. Neem La Provence, uitgegeven en geredigeerd in Marseille. Ik kocht bij de bakker voor 95 eurocent de zondagseditie, die qua inhoud wel niet erg verschillend zal zijn geweest van die van zaterdag. Een weekendkrant met de onvermijdelijke porties entertainment en cultuur plus een cahier sports. 'Vanaf vandaag hebben we een speciale verslaggever in Zuid-Afrika,' kondigt de krant trots op de voorpagina aan. Een pagina 1, die trouwens voornamelijk als zogenaamde trailer fungeert voor de inhoud verderop, waarbij geen plaatselijk onderwerp te min is. Zo staat er bóven de titel van de editie Alpes, dat de eerste zwemmers een duik hebben genomen in het zwembad (plan d'eau) van Digne-Les-Bains.
De echte openingkop verwijst naar de laatste ontwikkelingen rond de Gazastrook. Ik hoorde gepensioneerd journaliste Wouke van Scherrenburg, die tegenwooridg in Frankrijk woont, voor de Wereldomroep verklaren dat de Franse media veel gemakkelijker over de grenzen kijken dan de onze. La Provence heeft in elk geval ook een interessant dossier over de toekomst van Turkije, uiteraard in relatie tot Europa. Voor ik 't vergeet: In de WK-bijlage ontbreekt de foto van Reuters niet, waarop je drie oranjespelers zich ziet buigen over de geblesseerde Arjen Robben: Het is niet zeker dat-ie meedoet in Zuid-Afrika.

Blikvanger, nog steeds op pagina 1: de ex-vrachtautochauffeur Philippe Leurquin, die een kaart-bordspel heeft ontworpen, waarmee je de WK min of meer kunt simuleren. En op pagina 2 en 3 gaat het over de Facebookparty's, die volgens een geschiedenisprofessor aan de universiteit van de Provence wel eens het totale 'feestlandschap' zouden kunnen gaan veranderen: Dag traditonele dorpsfeesten?

En dan, jawel, de lezersbindertjes: foto's van de (vrouwelijke) badmeesters van Sainte-Tulle met de armen over elkaars schouders, muzikanten én publiek bij een concert van de Harmonie du Verdon, het koor Atomne d'Azur in het kerkje van Pierrerue, de complete hulpdienst (sapeurs, pompiers) van Sisteron in donkerblauw werktenue, plus vijf voertuigen, na een oefening. Er zijn ook foto's die 'Zoom sur' (ingezoomd op) worden genoemd, zoals die van een groep potsierlijk op z'n romeins uitgedoste mannen. En een foto van de dag: zomaar een bruidspaar. Alles gaat ook nog eens vergezeld van in superlatieven gestelde verslagen.

In Frankrijk lijkt nog steeds te gelden: de krant kun je niet missen. Geen dag.




(Terug)naar hhBest.nl

zondag 6 juni 2010

Telefoneren met een kraslot


In Nederland daalt het gebruik van de vaste telefoon, min of meer ten faveure van het mobieltje. De telefooncellen verdwijnen na een eeuw uit het straatbeeld. Op de Franse camping hebben ze nog wel een kaarttelefoon, maar voor de bijbehorende kaarten verwijzen ze naar de 'bar-tabac'.

Levensmaatje koopt nog elke reis een telefoonkaart, want even met de kinderen kletsen is daarmee stukken goedkoper dan mobiel. Waarom dief zijn van je eigen portemonnee? Naar de 'bar-tabac' dus. Eenmaal in de telefooncel stelt L. vast dat ze voor 15 euro een kartonnetje heeft gekregen in plaats van een geplastificeerde kaart met chip. Als ze de kaart in de daarvoor bestemde sleuf steekt, gebeurt er niks. Maar eens even lezen wat er op die kaart staat. Een toegangsnummer van vier cijfers. Het levert een telefoniste (niewaar, een spreekmachine) op, die achtereenvolgens in het Frans en in het Engels een verhaaltje afdraait. Ze bekijkt de kaart nog eens en ziet 'n soort krasstrook. Het gaat moeilijk met de nagel, maar er verschijnt waarachtig een nummer van twaalf (!) cijfers. Ingetoetst. Weer een sprekende machine, die L. maar niet laat uitpraten. Ze tikt opnieuw het viercijferige toegangsnummer in, vervolgens het krasnummer en daarna het gewenste nummer in Nederland, voorafgegaan door 31. Bingo, na 10 minuten experimenteren.

Lang leve de vooruitgang van de techniek.

(Terug)naar hhBest.nl

woensdag 2 juni 2010

Internet op de Franse camping


Jaarlijks controleer ik de status van virtueel Frankrijk, zijn mate van vordering op het gebied van breedband en wifi internet. Die is. zoals trouwens recent officieel onderzoek heeft uitgewezen, 'n eind achterop bij die van ons. Merkwaardig eigenlijk want ooit liep Frankrijk voorop met een soort intranet. De betrekkelijke achterlijkheid zou wel eens te maken kunnen hebben met de engelstaligheid van het wereldwijde web. Daar kunnen de Fransen slecht mee uit de voeten.

Op de camping waar wij nu staan, de municipal 'Les Prés Hauts' (de Hoge Weiden) van Sisteron, is recentelijk voorzien van een draadloos netwerk, waarop je als gast vooralsnog gratis kunt inloggen. Van de campingvrouw - die je trouwens aangaande de techniek niet teveel vragen moet stellen - kreeg ik een viertal coupons met telkens weer andere gebruikersnaam en passeerwoord, die elk recht geeft op twee uren online zijn. Dat lijkt veel, maar eer je je laptop op de situatie hebt ingesteld, verloopt er wel 'n hortje. Als je verbinding hebt met het access point van het camping bureel, wacht nog de eigenlijke inlogsessie van de provider, een zekere SpotCoffee, die natuurlijk het digibetisme van 'client campingbaas', respectievelijk de verantwoordelijke ambtenaar op het hôtel de ville, met verve heeft uitgebuit: 'Wij zullen dat wel es eventjes perfect voor jullie regelen.'

De signaalsterkte vanaf de 100 meter verderop gelegen receptie is laag, maar, wat belangrijker is, de verbinding is stabiel. Ik heb in Langres vorig jaar ook wel eens gratis internet gehad, zat daar veel dichter bij de router, maar raakte regelmatig ongewild offline.

Hier in Sisteron, Haut Provence (uitzicht op de besneeuwde Alpen) heeft het even geduurd, voordat ik me realiseerde dat je de interface van de provider moet gebruiken om uit te loggen. Doe je dat door de laptop uit te zetten, dan raak je je 'tegoed' van de desbetreffende coupon kwijt. Deze informatie heb ik in m'n beste schoolfrans voor de campingvrouw op papier gezet (met een versie in het Nederlands). Ze bedankte me beleefd, maar of het haar echt interesseerde? Wacht maar eens tot de animo toeneemt. Dan gaan ze voor elk couponnetje misschien wel 5 euro vragen.

(Terug)naar hhBest.nl