zaterdag 29 augustus 2020

O, O, ‘ t is toch wat

 Eigenlijk had ik hierboven op z’ n Oirschots moeten schrijven: ‘t Is amma wa, Want het gaat over die O, het gele logo op de Markt van het Monument in ‘ t groen. Het staat er inmiddels ruim ‘ n half jaar, zeer tegen de zin van de plaatselijke monumentencommissie, die dan ook het een en ander in het werk heeft gesteld om te voorkomen dat de sculptuur er twee jaar zal blijven staan, om vervolgens een reis door de Oirschotse wijken te maken.

Het gemeentebestuur, verantwoordelijk voor de O, lijkt geen hoge pet op te hebben van die monumentencommisie, gezien het feit dat het de bezwaren gewoon (ja, zoiets heet dan in het hedendaagse taalgebruik gewoon) naast zich neer heeft gelegd. Wel is er nog een advies ingewonnen bij een externe instantie, namelijk de Commissie Stad Dorp en Land in Rotterdam (!) Alsof die meer verstand zou hebben van OIrschots erfgoed. En die commissie (kreeg ze.iets van de gemeente OIrschot?) zei ‘ja!’ 

Tot teleurstelling van de plaatselijke heemschutters uiteraard. Zij noemen de O een specimen van verrommeling op de  ‘ historische’ Markt.

Ik kan de Oirschotse monumentencommissie ‘ n heel eind volgen, maar verrommeling? Wil je daar iets tegen doen, begin dan maar eens met het parkeren op dat plein af te schaffen. Als het daarover gaat heeft Oirschot de laatste jaren heel wat kansen laten schieten,

donderdag 20 augustus 2020

De magie van Carola Schouten

Misschien had die stokoude boer in het Zwarte Water ('Oud en stijf en nog steeds geen wijf') toch nog gelijk, toen hij desgevraagd de foto van minister Carola Schouten aan de muur van zijn huiskamer verklaarde. 'Ze heeft iets magisch,' zei hij vorig jaar tegen de presentator van het tv-programma Typisch. 

Schouten heeft de stikstofmaatregel aangaande het veevoer afgeblazen, zodat iedereen concludeert: zie je wel, die boeren hebben met hun trekkers terecht het land ontregeld. 

De magie zit erin, dat Carola natuurlijk dat onderzoek door de Wageningen Universiteit naar de effectiviteit van de stikstofmaatregel had moeten laten instellen,  überhaupt  voordat ze die afkondigde. Dan was al die heisa niet nodig geweest. Nu heeft zij het paard...eh...de trekker achter de wagen gespannen.

woensdag 12 augustus 2020

Klapstoeltjes en een ketel heet theewater

Peter van den Besselaar toonde gisteren op zijn fotoblog TilburgDailyPhoto enkele zo te zien splinternieuwe ijzeren klapstoeltjes en mijmerde daarbij over ‘een heerlijke Franse sfeer’. Het maakte bij mij weer eens wat jeugdherinneringen los.

Die klapstoelen fungeren tegenwoordig hoogstens als roestig decoratief element, bij voorbeeld in een stedelijk voortuintje. Er valt alleen rechtop, niet bepaald comfortabel op te zitten. Nieuw kosten ze trouwens gauw 70 euro, zag ik op internet..

Maar ooit behoorden die stoeltjes tot het standaardmeubilair van uitspanning De Boswachter, in het Liesbosch bij Prinsenhage. Tegenwoordig is dat een luxe restaurant en dient de voormalige speeltuin tot parkeerplaats. Maar toen, zeg maar halverwege de vorige eeuw, was het een geliefd doel van vakantie-uitstapjes voor mensen uit Breda en omgeving.

Mijn moeder nam ons in augustus – de enige vakantiemaand van de lagere school – op de fiets mee naar het Liesbosch. Ze installeerde zich  in de schaduw van de bomen tegenover het etablissement en bestelde dan een ketel heet water op een houtskoolstoof, waarmee ze zelf haar thee zette. Wij stormden, in afwachting van de ranja met rietje, op de speeltuin af of vergaapten ons aan de eekhoorn die in z’n kooitje een rad in gang hield. Ja, daar zei in die tijd nog niemand wat van.

Bij zo’n gelegenheid huurde mijn broer Berry eens een solex, zoals bekend het ‘eerste rijwiel met hulpmotor’ (de aanduiding bromfiets/brommer is van jaren later). Dezelfde dag kwam mijn oom Herman op zijn racefiets (nylonkousen over de broekspijpen) aanrijden vanuit…Leuven! Dat was die oom, die in dienst was van een Belgisch ministerie en van wie mijn vader op de vraag wat-ie daar deed zei: ‘Niets!’ Nou ja hij repareerde daar de horloges van zijn mede-ambtenaren.

dinsdag 11 augustus 2020

Onbeantwoorde vragen na dodelijk ongeluk in Best

Eerder heb ik al eens 'n voor mijn doen vurig pleidooi gehouden voor het plaatsen van vervolgberichten op die over verkeersongelukken. Volgens mij ligt hier een taak voor de journalistiek, maar ook voor de politie die immers actief is op sociale media. Met de mededeling, 'hoe het ongeluk is kunnen gebeuren is nog niet duidelijk', doorgaans aangevuld met 'de politie stelt een onderzoek in naar de toedracht', is de zaak immers nog niet ten einde. Een ongeval kan namelijk juridische gevolgen hebben en in sommige gevallen kan het aanleiding zijn tot maatregelen van de wegbeheerder, het rijk, de provincie of de gemeente. Mogelijke positieve invloed op verkeersgedrag daargelaten – erg optimistisch ben ik daarover niet.

De aanleiding tot dit stukje is bijzonder pijnlijk. Ongeveer een week geleden botste een jongeman uit Best op de Sonseweg met zijn auto tegen een boom en kwam daarbij om het leven. In een betrekkelijk kleine gemeente als de onze heeft dit natuurlijk een enorme impact. De laatste eer aan deze jongen bewezen, was daar de weerslag van en logischerwijs schonken reguliere media daar uitvoerig aandacht aan. Dat wel.

Ook Politie Brabant Zuid-Oost plaatste op Twitter een bericht over het ongeluk, maar liet, ook na een hint van een volger, elke mededeling over het resultaat van het ingestelde onderzoek achterwege.

Het dodelijk ongeval op de Sonseweg roept wel degelijk relevante vragen op. Het weggedeelte waarop het plaatsvond ligt net even buiten de bebouwde kom van Best. Er geldt een duidelijk aangegeven maximum snelheid van 60 km en een oranje knipperlicht waarschuwt er constant voor overstekende fietsers. Ik wil hier elke vorm van sarcasme vermijden, maar laat ik het zo zeggen: een opmerking zoals gemaakt door een omstander van het autowrak, bomen wijken niet, kan er bij mij niet in.

Volgens mij ligt er een enorm taboe op uitspraken over de toedracht van met name dodelijke verkeersongevallen, die wel eens het gevolg zouden kunnen zijn van slecht weggedrag. Maar ik vind dat we daar niet langer omheen kunnen. En ik vind ook in dit geval het oorverdovend zwijgen van leden van de gemeenteraad, zelfs in de vakantie, op z'n zachtst gezegd raar. Uitbreiding van de bebouwde kom aan de Sonseweg zou bij voorbeeld niet zo gek zijn. In elk geval staat de aanduiding 50 km ná de scherpe bocht waar de Sonseweg uitmondt op de Sint-Oedenrodeseweg op een ongelukkige plaats.

vrijdag 7 augustus 2020

Scheermesjes 3

Over scheermesjes heb ik, god betere ‘t, al ‘n paar keer  mijn licht laten schijnen, vandaar hier nummer drie. Dat komt door BNR Nieuwsradio, met name in de ochtendspits verzot op trivia. Deze keer ging het dus over het vraagstuk, waarom scheermesjes bot worden, terwijl het object van hun (af)snijden, namelijk de baard, toch aanzienlijk zachter is dan het metaal waaruit ze zijn gemaakt.

Wie mocht denken dat de komkommer in het nieuws deze zomer geen enkele rol speelt – corona blijft voor teveel en te lange krantenartikelen zorgen – heeft het mis. Integendeel, het blijft speuren naar ‘wat anders’.

BNR zocht en vond een onderzoek naar het waarom van de te gauw bot rakende scheermesjes. Welaan, aan de resultaten van dat onderzoek viel geen touw vast te knopen, dus daar moet ik je over in het ongewisse laten. Je kunt er hoogstens wat over ginnegappen, wat BNR dan ook maar al te graag doet.

Nu betekent BNR eigenlijk Business Nieuws Radio, dus heb ik nog wel een tip voor de dames en heren van het medium: scheermesjes zijn er om binnen redelijke tijd bot te worden, met als oogmerk van de fabrikanten de aankoop van een nieuw setje. Toch?

Bij mijn weten is Gilette de uitvinder van het ‘velligheidsscheermesje’, dat aanvankelijk bestond uit een plaatje met twee snijkanten, die beurtelings bot konden worden gemaakt; het verving ‘t apparaat dat door mijn vader consequent slagzwaard werd genoemd en dat je zelf aan een lederen riem kon ‘slijpen’.. In de tweede helft van de vorige eeuw verscheen (innovatie!) ‘n éénbladig nieuw type, gevolgd door ‘n tweebladige en, je weet het onderhand wel, iets recenter een driebladige versie. De eenbladigen lijken intussen afgeschaft, dus ik blijf zo lang het nog kan de tweebladige in ongeveer een maand tijd bot maken.