maandag 28 februari 2011

Niet naar de Ionenvalmagneetstraat

zweefheuvel

Zweefheuvel, Best

Op het geven van straatnamen zou belasting moeten worden geheven. Of boete, het hangt er van af. Want wat daar niet allemaal mee gebeurt… Soms lijken de breinen die de straatnamen bedenken, volkomen van het padje, of ze zijn vergiftigd door ambtenaren- dan wel stadhuistaal. Als de naamgeving nu gevoed werd door een levendige fantasie, dan zou het welllicht nog wat kunnen worden. Maar het automatisme waarmee deze bureaucraten te werk gaan.

Neem de gemeente Best. In de oudere wijken tref je menige miskleun aan. En dan bedoel ik niet in de eerste plaats, de toelichting die men onder de straatnamen heeft gezet. Zo van: ‘Rembrandtlaan – Beroemd schilder.’ Alsof iemand zou denken dat R. Harmensz. van Rijn een molenaar was, wat trouwens best had gekund, maar dat terzijde. Even verder heb je een protestants-christelijke school, die aan de Lumeystraat is gelegen. Een watergeus, bijgenaamd het everzwijn, moordenaar uit de zestiende eeuw, van o.a. een aantal nonnen en monniken uit Gorinchem. Oorlogsmisdadiger naar historische en hedendaagse normen.

In de wijken Heuveleind en Heivelden heeft men het gezocht in samenstellingen met onder meer de woorden hei en heuvel. Gewoon het woordenboek gepakt en het rijtje afgegaan, slechts waakzaam tegen bepaalde drieletterwoorden en andere ongerechtigheden. Zelf woon ik aan de Vogelhei, wat nog enigszins verteerbaar is (niet dat het feit ik daar woon, maar dat die straat zo heet), maar wat te denken van namen als Knikeind en Knoteind, Meeteind, Nestheuvel en Reepheuvel. Over Zweefheuvel maakte ik za eerder een photoshopgrapje. Samenvoegingen met –velden pakten in het algemeen wat beter uit.

Een absolute topper geven de straatnaamgevers in Eindhoven nu ten beste. Verhuis je binnen afzienbare tijd naar het stadsdeel Strijp, dan loop je het risico dat je komt te wonen in of aan de Ionenvalmagneetstraat, de Schaduwmaskerstraat, het Afbuigspoelplein of aan het Elektronenkanon.

Mij niet gezien dus, daar in die Ionenvalmagneetstraat.

zaterdag 26 februari 2011

Verontrustend

vk_vernieuwtIk wil niet te vroeg gillen, maar de aankondiging van de volgende vernieuwing van de Volkskrant ziet er verontrustend uit. Er komt vanaf 5 maart een dagelijks katern ´over alles wat het leven mooi maakt, verrijkt en diepte geeft´ met – nogmaals – elke dag, behalve Kunst (die we trouwens al hadden), Media (idem) onder meer Eten, Wonen, Stijl en Leven. Bovendien voortaan drie keer per week – doordeweeks heet dat tegenwoordig in geleidelijk aan gelegaliseerde kindertaal – Wetenschap.

Of de columns van Ronald Giphart, Sylvia Witteman, Aaf Brandt Corstius, Joost Zwagerman en – nieuw! nieuw! - Paul Verhoeven ook allemaal dagelijks zullen verschijnen, valt te betwijfelen. Waar is trouwens in deze aankondiging Bert Wagendorp? Naarmate ik verder kijk en lees, neemt mijn verontrusting toe.

En wat doet die man met dat huurlingenwapen (is het de jongere Sean Connery of val ik nu door de mand als film-onbenul) in de aankondiging? Zal wel met Verhoeven te maken hebben.

Trendsettend of trendvolgend? Ik ben er nog niet helemaal uit, maar houd het er op dat de Vk zichzelf in kwaliteit gaat overtreffen, waarbij mijn smaak er natuurlijk helemaal niets toe doet.

Zwartrokken lichten

Zou de VPRO nu ook dreigbrieven krijgen vanwege een cartoon? Want de tekening die in de vpro gids van deze week staat liegt er niet om. Alleen, een christen, dus ook een rooms-katholiek, die een klets op de wang krijgt, wordt geacht de dader zijn andere wang toe te keren. En een coverstory in een door een select publiek gelezen tijdschrift is ook iets anders dan een zich als links afficherende website.

fens_pausKRO-correspondent te Rome, Stijn Fens, zoon van de door hem door en door katholiek genoemde literatuurcriticus Kees Fens (de graad van zijn eigen roomsigheid blijft evenzeer in het midden als die van de KRO) schreef over het Vaticaan een boek, dat je een equivalent zou kunnen noemen van Hoflands Tegels lichten. Alleen, hier worden zwartrokken gelicht, want Fens onthult ‘geheimen van het Vaticaan’ in die mate dat hij verwacht dan wel vreest niet meer met de paus op reis te mogen.

De meest criminele staat van de wereld, licht Stijn Fens toe in het VPRO-interview. ‘Het Vaticaan heeft 500 inwoners en 800 geregistreerde misdaden per jaar.’ Wellicht ter geruststelling voegt hij eraan toe, dat het voornamelijk om kleine diefstallen en zakkenrollerij gaat. Dat die criminaliteit wel eens hoofdzakelijk door bezoekers zou kunnen worden bedreven, zou ter relativering kunnen dienen, maar die laat Fens achterwege.

Hoewel meer losse-verkoop-bevorderend dan de brave, Fanta drinkende en tv kijkende paus op de omslag, heeft de vpro gids de meest saillante tekening van Erik Kriek voor de binnenkant bewaard. Een grijnzende Fens, die de travestie-attributen van Benedictus XVI onthult.

Benieuwd, of de schrijver van ‘Vaticanië – De geheimen van de paus´ überhaupt nog wel langs de Zwitserse Garde komt.

donderdag 24 februari 2011

Draaien rond de hete brij

natuurdebat

Waar zal ik eens op stemmen, vroeg Jos Kessels zich af in een recente column. De wijsgeer, een kameel of een ezel. Een ezelin ontbreekt als keuzemogelijkheid en voor de context moet je trouwens bij het ED zijn. Want het is natuurlijk een metafoor.

Naarmate de datum van 2 maart nadert, werd het hoog tijd dat even werd stilgestaan bij het echte doel van de verkiezingen: Provinciale Staten. En niet de Eerste Kamer, wier toekomstige samenstelling bepalend schijnt te zijn voor het al dan niet voortbestaan van het op z’n zachtst gezegd omstreden gedoogkabinet Rutte-Verhagen. Is het straks een kwestie van verder gedogen of zoals een zwartkijker voorspelde ‘de Belgische chaos’?

In Brabant vatten twaalf organisaties die op enigerlei wijze in of met het buitengebied en de natuur bezig zijn de koe bij de horens. Ze stelden een manifest op en organiseerden in Den Bosch een debat met de provinciale lijsttrekkers. Wat doen we met ons platteland, deftig in de titel omschreven als ‘Het Brabantse buitengebied in een metropolitane omgeving’? Hou het maar op de spanning tussen stad en omgeving.

Deels zwaar door de overheid gesubsidieerde instellingen plus de boeren (ZLTO), plus de waterschappen, plus het toerisme (ANWB), kan daar méér uit komen dan een zacht mummelend compromis? Ik heb op die bijeenkomst niemand met dat manifest in handen gezien, het geduldige papier is aan de torenhoge stapels in het provinciehuis toegevoegd. Maar het initiatief is genomen, dat wel.

Wij pakken de zaken tegenwoordig ook in Brabant modern aan. Met een professionele ‘dagvoorzitter’ in de persoon van NOS-verslaggever Theo Verbruggen, die in elk geval zichzelf beloofd leek te hebben, het vooral ‘gezellig’ te houden. En met een entertainer over wie werd getwitterd dat hij de winnaar van het debat was. Kan je nagaan.

debat_tweetsTwitter, jazeker. Mits uitgerust met een IPhone, een Blackberry of iets wat daar op lijkt, kon je via dat sociale medium de hele avond volgen. Hashtag: #hmvb. Er werd ook een poging gedaan, de twitteraars te betrekken in het vragenuurtje, maar Verbruggen had daar al gauw genoeg van, aangezien de tweets meer gemoedelijke commentaartjes waren. Bovendien bestond de weergave van het Twitterscherm door een beamer voornamelijk uit het ondefinieerbare gefriemel van de eigenaar van de ontvangende laptop.

Alle begin is moeilijk. Maar kandidaat en zittend statenlid Veerle Slegers had letterlijk het laatste woord en gaf meteen de ultieme waardepunten: ‘Natuurdebat was leuk vanavond hoewel niet echt op 't scherpst van de snede. Lijkt wel of organisaties tegenwoordig bang zijn voor pit.’

Laat ik het op mijn beurt zó zeggen: Het was weer eens draaien rond de hete brij. Want bij een redelijke eenstemmigheid over de noodzaak Brabants Ecologische Hoofdstructuur (EHS) af te maken, ontbraken de cruciale krachtmetingen over kwesties als de megastallen en de daarvan niet los te denken dierziekten als de Q-koorts, mitsgaders de angsten van de plattelandsbewoners. Verder mocht ik constateren dat die PVV-kandidaat best een aardige knul is. Zeker niet stom en hij bijt ook niet.

Twee slokjes jus kostten trouwens in de nogal ruw tot ‘congresruimte’ verbouwde fabriekshal twee euro. Ik weet nu definitief hoe zoiets gaat en ik denk dat ik een volgende keer lekker thuis ga zitten twitteren.

Handtekeningen voor de natuur gevraagd

maandag 21 februari 2011

Puberbrein

Wie heeft het nu weer gedaan?

De sigaret! Andermaal, kun je wel zeggen.

golden_fictionMaandagmorgenverhaal in de Volkskrant: ‘Roken leidt tot blijvende schade aan puberbrein.’ Ik heb verder genoeg aan de onderkoppen: ‘Jongeren die voor hun zestiende gaan roken, ontwikkelen aandachts- en impulsiviteitsstoornissen’ en: ‘Ze hebben minder controle over zichzelf en flappen er van alles uit.’

Zodoende.

Mijn vader is 89 geworden met dat pepke van ‘m. Dat klinkt als dat van die honderdjarige, die, gevraagd hoe dat zo kon, antwoordde:
‘Elken dag ‘n glaasje’. (Was ooit een reclame van Bols, geloof ik.)
‘Jamaar mijn opa, deed dat ook, terwijl-ie maar 72 is geworden.’
‘Heeft-ie het niet lang genoeg volgehouden.’

Niks wat lekker is mag meer.

Hoe ben ik, als 15-jarige (!) eigenlijk aan de sigaret geraakt? Iemand bracht als cadeautje een doosje Golden Fiction mee. Ik weet nog dat ik dat doosje met gouden opdruk en het geprinte zilverpapier binnenin zo mooi vond. Je kunt het moment dateren zo tegen het eind van de jaren negentienhonderdveertig. Virginiatabak (aan de scherpe kant hoor) was toen populair. Later veroverde een ‘zachtere’ sigaret de markt, die men Amerikaans noemde. Camel! Iets donkerder. Kenmerkend voor die soort was ook dat ze niet in doosjes, maar in pakjes zat. Populaire virginiamerken waren Miss Blanche, ook wel Straatmeid geheten en Chief Whip ('op ieders lip’)

Mijn eerste? Welnee, dit gedichtje moet slaan op de oorlog, dus ik was toen minder dan tien:

In het Markdal bedierf ik
misschien als eerste
het milieu
door het schielijk trekken
aan een surrogaat-sigaret.
Merk Succes.
Stonk als een boerderijbrand.

Voor de liefhebber: hier staat het compleet.

Maar dat was dus stiekum. Bij het aandragen van die Golden Fiction schenen volwassenen kennelijk te vinden dat het voor mij tijd werd. Zo was nu eenmaal de cultuur, mede bepaald door de bevrijders op hun tanks, die sigaretten strooiden.

Ik heb niet het gevoel dat mijn brein in mijn puberteit zwaar geleden heeft. En het doet het nog steeds goed, zeggen  ze. Ook al flap ik er van alles uit.

zondag 20 februari 2011

Artikel 53

oranje_kroonJammer dat Jan Vis, kenner van het staatsrecht,  ons onlangs is ontvallen. Die zou ongetwijfeld een schitterend ironisch commentaar bij de hand hebben gehad over de hype die Huub Oosterhuis – nooit te beroerd, zichzelf dan wel zijn zingende dochter Trijntje te promoten – heeft ontketend met zijn ‘onthulling’ van een geheim (<-audio) van Noordeinde, respectievelijk Huis ten Bosch: ‘De kersttoespraak van Beatrix is gecensureerd.’

Ik ben benieuwd of dagblad Trouw er wederom in slaagt, zijn  onlangs ontwikkeld principe te praktiseren, niet meer onmiddellijk elk gedebiteerd flauwekullletje van Wilders of wie dan ook in de krant te gooien.

Want dit is echt flauwekul en er was in het afgelopen weekeinde nauwelijks een medium (het is tegenwoordig usance van een media te spreken, maar daar doe ik natuurlijk niet aan mee) te vinden dat daar niet op gesprongen is.

Laten we proberen er à la Vis korte metten mee te maken. In de Grondwet van 1848, waarop onze constitutionele monarchie nog steeds stoelt, luidt artikel 53: ‘De Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk.’

Eigenlijk zou hier nu ‘punt uit’ moeten staan, ware het niet dat dit grondwetsarftikel bij media en politici natuurlijk bekend is. Zodat je met recht kunt concluderen dat de flauwekul zich uitstrekt tot over SP en GroenLinks, die van premier Rutte ‘opheldering’ willen over deze zogenaamde censuur.

In dit geval hoop en verwacht ik dat Rutte wèl zal repliceren, want dat zou een fraai understatement kunnen worden in de geest van: ‘Dit is het soort koningschap, dat de meerderheid van ons volk in stand wenst te houden en dat de Oranjes tot nu toe zonder tegensputteren hebben geaccepteerd.’

vrijdag 18 februari 2011

De chaos vooruit?

De NS wil de baas blijven op het hoofdrailnet. Regionale vervoerders als Arriva en Connexxion  eisen evenwel een deel op van die infrastructuur. Geen goed idee, zei Bert Meerstadt, president-directeur van NS, tegen de Wegener kranten. Want ‘zo creëer je chaos op het spoor en dat is niet in het belang van de reiziger’.

Ach zo. Prettig te horen dat de NS ook schoon genoeg heeft van de chaos op het spoor en lief voor de reizigers wil zijn. Maar de onderbouwing van Meerstadt klinkt weinig overtuigend. Het principe van één tariefstructuur zou bij inwilliging van de wensen van de concurrenten worden doorbroken, denkt hij. Zou het? De eventuele herschikking van het railgebruik zou pas in 2015 aan de orde zijn. Ik zie niet in, dat het onmogelijk zou zijn, ten aanzien van tarieven e.d. voorwaarden te stellen.

De privatisering van het spoorwezen heeft volgens mij de reiziger nog geen enkel voordeel opgeleverd, eerder het tegendeel, maar wie durft te beweren dat verdere demonopolisering dat voordeel niet alsnog zou kunnen brengen? Nu eenmaal A is gezegd, zal B onherroepelijk moeten volgen – in elk geval serieus overwogen. Of je draait te klok helemaal terug naar het destijds ook bij vallende bladeren en sneeuw vlekkeloos opererende staatsbedrijf.

Intussen lijkt de NS-directie opnieuw onderweg naar een bonusloos jaar. Wat daarvoor is ietsje meer inventiviteit nodig.

donderdag 17 februari 2011

Zonnestorm

Je denkt toch niet, dat iemand zich iets zal aantrekken van de waarschuwing dat de zonnestorm vandaag de TomTom kan verstoren, zodat het mogelijk is, dat the best way to Amsterdam naar het Brabantse dorp Best blijkt te leiden?

Want de praktijk bij n’importe welke weersomstandigheden mitsgaders de waarschuwingen van Kroll, Timofeeff of Oan Moarn hebben er nog nooit toe geleid dat bij voorbeeld de Nederlander besluit, zijn pantoffels aan te houden, respectievelijk te gaan telewerken en de autoruiten onbekrabd te laten. Ofschoon dat voor mensen als verstokte autorijder Bas (Jerommeke) van Werven wel zo gezond zou zijn. En ook voor de verzekeringmaatschappijen, van welke ik niet snap dat ze wèl restricties maken als caravanners na een stormwaarschuwing tóch over de Oosterscheldedam gaan rijden, maar niet als automobilisten aankondigingen van verraderlijke gladheid letlerlijk in de wind slaan. Sterker nog, in veiligheidswaan gebracht door hun winterbanden opeens gaan inhalen, waar ze dat anders nooit zouden durven.

Dus ook die zonnestorm is niet iets om je als autoverslaafde druk over te maken. Krantenberichtjes daarover zijn praatjes voor de vaak.

woensdag 16 februari 2011

Tien kleine negertjes

Yvo Kortmann is waarnemend burgemeester van Best, met verlengd mandaat. Dat zou je niet zeggen, als je hem in zijn doen en laten gadeslaat. Ik bedoel, dat Kortmann zijn ambt niet uitoefent als oud-burgemeester van Oisterwijk, die er iets op gevonden heeft, niet achter de geraniums te gaan zitten. Iemand op leeftijd zei trouwens dezer dagen tegen mij: ‘Ik héb niet eens geraniums.’

Maar onlangs ontvouwde de Bestse burgemeester in het Eindhovens Dagblad opvattingen over intergemeentelijke samenwerking, die ik toch niet helemaal kan volgen. Kortmann opteert voor samenwerking van de gemeente Best met (hier zet ik veelbetekenend …) Veldhoven. OK, dat zou best vruchtbaar kunnen zijn, hoewel beide gemeenten geen directe buren zijn. Maar wat mijn verbazing wekt is de redenering van de burgemeester, volgens welke samenwerking met een aantal ‘echte’ buurgemeenten niet voor de hand ligt. Het lijkt wel De Tien Kleine Negertjes.

Son en Breugel streept Kortmann weg omdat die gemeente al samenwerkt met Nuenen en Geldrop, Sint-Oedenrode, omdat die niet onder het (op springen staande!) Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) valt. Maar dan ook nog Oirschot, het buurdorp, dat met zijn bebouwde kom vier kilometer van die van Best verwijderd ligt. Als je onze gemeente verlaat, kun je alvast het gaspedaal loslaten om Oirschot binnen te rijden. Oirschot, zegt de Bestse burgemeester, heeft een strategische keuze voor samenwerking met De Kempen gedaan.

Dat is een argument om een groot vraagteken bij te zetten. Ja, als je het grondgebied van de gemeente Oirschot bekijkt, dan is driekwart daarvan Kempisch platteland, als we daar, naast De Beerzen, ook het dorpje Spoordonk nog onder kunnen rekenen.

Wat er dan ook van deze ‘strategie’ gedacht kan worden, ik vind toch dat zowel Best als Oirschot, zich eindelijk eens moet realiseren dat ze in praktische zin bij elkaar horen. Hoe ongemakkelijk deze waarheid ook, sinds de bestuurlijke splitsing 192 jaar geleden, ook lijkt. Ik doel hier op een soort animositeit, die we anno 2011 toch maar eens in het rariteitenkabinet moeten zetten.

Best heeft wat Oirschot niet heeft en andersom. Er is geen enkele reden, elkaar daarmee te beconcurreren, wel om wederzijds te delen. Dat gebeurt trouwens al, op beperkte schaal. Ze hebben bij voorbeeld een gezamenlijk muziek- en dansinstituut, met nota bene Hilvarenbeek en Reusel-De Mierden. Ook in de welzijnssector zijn er banden met Oirschot. Er is bij voorbeeld een Bests-Oirschotse stichting Harapan die belangrijk ontwikkelingswerk doet in Indonesië. En er worden van beide kanten driftig boodschappen gedaan, wat men zich overigens nu wel begint te realiseren, nu er een discussie aan de gang is over winkelen op zondag.

Best heeft een riante bioscoop, waarvan jarenlang is gedacht dat die wellicht zou kunnen worden uitgebouwd tot een volwaardig cultureel centrum. Maar in die sfeer komt daar niets van de grond, terwijl Oirschot, met bewonderenswaardige inzet van het particulier initiatief, in De Enck, een kleine streekschouwburg heeft, met een aantrekkelijke programmering van landelijk bekende performers. Te hooi en te gras vind je de seizoensfolder van De Enck wel eens in een Bestse brievenbus, maar waarom wordt niet aangestuurd op – tot op zekere hoogte – gezamenlijk gebruik? Met inschakeling van media, die nu aan beide zijden van de gemeentegrens doen of de ander niet bestaat. Dat geldt ook voor culturele initiatieven die het plaatselijke belang overschrijden. In hoeverre hebben de Oirschottenaren weet van de jaarlijkse evenementen in het Bestse openluchttheater? En realiseert Best zich, dat in de Oirschotse Sint Pieter dit jaar al voor de dertiende keer twee weken voor Pasen een Stabat Mater wordt uitgevoerd, deze keer door de Nederlandse Bachvereniging onder leiding van Jos van Veldhoven?Een culturele gebeurtenis dus van minstens nationaal niveau, die niet onder doet voor de jaarlijkse Mattheus in Naarden.

Over de Sint Pieter gesproken, er bestaat een Bests-Oirschotse stichting De Kapellekes, die recentelijk een geweldig project heeft gerealiseerd, namelijk de digitale reconstructie van het in 1944 verbrande koorgestoelte in de Oirschotse kerk.

Enkele jaren geleden deed zich het verbazingwekkende verschijnsel voor dat langs het Wilhelminakanaal, het gedeelte van een fietspad op grondgebied van Best werd verbreed voor tweerichtingsverkeer, terwijl er aan de Oirschotse kant niets gebeurde. De fietsers (recreanten, forensen en scholieren) reden in een fuik. ‘n Poosje later voerde Oirschot een soortgelijk plan uit, nota bene met Europese subsidie. Tussen beide gemeenten had overleg totaal ontbroken. Dat heeft veel geld gekost.

Nu we het toch over het grensgebied hebben, waarom is er geen overleg, laat staan enig overeengekomen beleid voor de ‘groene zone’ tussen Best en Oirschot? Alles wat daar gebeurt is ons overkomen, inclusief een zich alsmaar uitbreidend ‘tuinwarenhuis’ als een planologisch volslagen uit de hand gelopen geval. En inclusief het onverhoeds kappen van minstens vijftig knotwilgen in het Bestse landschap langs de Oirschotseweg. Waarom ieder voor zich sportaccommodaties plannen, terwijl die groene buffer prachtige kansen biedt voor een gezamenlijke aanpak?

Intergemeentelijke samenwerking is – al was het alleen maar om financiële redenen - een must, het gaat dus niet aan dat twee pal naast elkaar liggende dorpen nog langer met de ruggen naar elkaar toe staan.

Dit is een situatie die veel meer om nadenken vraagt, dan de mogelijkheid van Best om te gaan samenwerken met een voorstad aan de andere kant van Eindhoven.

(Gesproken column voor Omroep Best, 16.02.11, 18:10 uur. FM 106.2)

dinsdag 15 februari 2011

Haal de stekker er nu maar uit

Houdt de Haagse politiek zich onnozel, of houdt ze zichzelf voor de gek? Ik denk allebei.

Want je maakt mij niet wijs dat de Volkskrant vandaag op de voorpagina nieuws verkondigt met de mededeling dat aspirant politiemensen in Kunduz niets zien  in de voorwaarde van de Nederlandse regering dat zij na hun opleiding niet mogen vechten.

De politie in die provincie vecht allang tegen terroristen en de Taliban. De agenten doen dat ook graag 'om burgers te beschermen tegen geweld'. Een recruut: ‘Mijn commandant is de baas, het maakt mij niet uit wat de Nederlanders vinden.’

De krant heeft gewoon in Afghanistan de bevestiging gehaald van wat twee weken geleden tijdens de soap over deze kwestie in de Tweede Kamer al bekend was, al putte menigeen zich toen uit om het onder de pet te houden.

Oppositiepartij GroenLinks, wier achterban in meerderheid niets voor deze missie voelt, heeft zich het recht voorbehouden, de stekker eruit  te trekken. ‘Als niet klopt wat de coalitie belooft.’ Wat weerhoudt Jolande Sap en consorten er nog van om dat stante pede te doen?

Nou ja, ze kunnen twee weken voor de verkiezingen natuurlijk hun geloofwaardigheid overboord zetten. Zelf weten.

VKdossier

donderdag 10 februari 2011

Hoe kunstexpert John Hoogsteder een Gabriël Metsu ontmaskerde

Voor de nuance moet je op het internet zijn. Zelfs de gemiddelde dagbladjournalst schijnt dat – god betere ‘t – nog niet in de gaten te hebben. Terwijl toch regelmatig op tv  suggesties in die richting opklinken. Brandpunt bij voorbeeld: ‘Ga voor het complete interview naar onze website.’
kantwerkstertjeNeem nou Tussen Kunst en Kitsch van woensdag 9 februari. Dat onverwoestbare tv-programma van de AVRO, waarin niet in de eerste plaats de bewondering voor de schoonheid van sommige getoonde kunstvoorwerpen in de ogen glanst, maar vooral – echt Hollands - het euroteken. Presentator Nelleke van der Krogt tot expert John Hoogsteder die zojuist de recordwaarde (in het programma), zijnde een kwart miljoen, bekend heeft gemaakt van een aangevoerd schilderij: ‘Uuuu? U méént het niet!’

Niet dat kwart miljoen, in de voorafgaande publiciteitscampagne natuurlijk zorgvuldig geheim gehouden, was het interessantste gegeven. Dat was het feit dat het schilderij Het Kantwerkstertje, tot zichtbare teleurstelling van de eigenaresse, niet langer kon worden toegeschreven aan de zeventiende-eeuwer Gabriël Metsu, maar aan diens tijdgenoot, het in zijn vrije tijd schilderende rijkeluiszoontje Joost van Geel.

Een ontmaskering derhalve, die precies twee eeuwen op zich heeft laten wachten, hoewel een andere kenner in een catalogus uit 1938 al de aantekening maakte: ‘Dit is zeker geen Metsu!’ Was Het Kantwerkstertje dat wel geweest, dan zou het volgens Hoogsteder een miljoen waard zijn geweest. Niets ten nadele beweerd over de kwaliteit van de Van Geel, overigens, daarover was de expert lyrisch. Maar zo liggen de schilders in de periferie van Metsu nu eenmaal in de markt.

Het internet: Op haar website toont de AVRO een twintig minuten durend filmpje, waarin te zien is hoe John Hoogsteder zijn vermoeden van ‘geen Metsu, maar een Van Geel’ bevestigd heeft gekregen. Dit kwam in K. en K. helemaal niet aan de orde.

maandag 7 februari 2011

Grijs

De koper van witlof is grijs, las ik ergens. Daar moet Het Produktschap nodig want aan doen, vindt het, want anders sterft met het grijs, de witlof uit.

Witlof en puree - 010Als kind had ik ook een hardgrondige hekel aan witlof, dat toen trouwens nog Brussels lof heette. Witlof is het verbleekte blad van de cichoreiplant, die tot in het midden van de vorige eeuw werd gebruikt als smaakoppepper van – en zelfs als surrogaat voor koffie. Vandaar dat bittere dat ik nu, grijs geworden, zo lekker vind van witlof, rauw, als salade, of gekookt. Met witlof kun je trouwens van alles doen, al dan niet in de oven. Even googlen voor ‘t koken, zou ik zeggen.

Maar gruwelijk vond ik het dus, als kind. Erger nog dan gekookte worteltjes, waarvan ik de zoetige smaak nog steeds niet echt kan waarderen. Met spruitjes heb ik nooit enige moeite gehad, behalve dan met ‘de geur van een niet-Indisch pension’ die er aan kleefde; die je opsnoof als je in zo’n burgelijk huis aan de Baronielaan in Breda, de trap beklom naar de bijles van de single wiskundeleraar.

Toch is Brussels lof volgens mij er de oorzaak van, dat ik op de vraag, ‘wat wil je eten’, in principe antwoord: ik vind álles goed. Want wij moesten alles eten van  ons moeder, onder het motto ‘bitter in de mond maakt het hart gezond’.

donderdag 3 februari 2011

Het is waar dat het vroeger beter was

elektriciteitNu weet ik het zeker: je mag het nooit zeggen, maar vroeger was het toch beter.

De Eindhovense wijk Meerhoven heeft gisteren zeven uren, waarvan 3 1/2 uur in het pikkedonker en al die tijd in de kou, zonder stroom gezeten als gevolg van  een stukgetrokken voedingskabel. In de vooravond kwam een evacuatie op gang als bij het naderen van een cycloon – want wat moet je anders bij het soort ontberingen, dat ‘n kop koffie niet eens mogelijk is?

Zeven uren heeft netbeheerder Endinet nodig om een noodkabel in te zetten.

Af en toe zie ik nog wel eens een spoor van onze goeie ouwe PNEM (voor de laatst geborenen: Provinciale Noordbrabantse Electriciteitsmaatschappij) bij voorbeeld reliëfletters in een betonnen klinker. Laten zitten. Trotse geschiedenis. Want niet alleen hebben wij er als Brabantse stroomverbruikers bij het door elkaar husselen van de de elektriciteitsbedrijven enorm op toegelegd, ik weet zeker dat een storing van deze omvang bij de PNEM nooit zou zijn voorgekomen.

Wie een precedent kan aanwijzen, krijgt van mij  een cadeaubon van 20 euro. Wel nauwkeurig specificeren, graag. En overmacht door zoiets als oorlogsomstandigheden of watersnood maakt de melding natuurlijk ongeldig.

Nog eens ‘n keer: weg met de privatisering en ontkoppeling van openbare nutsbedrijven.

En aan het einde van dit jaar natuurlijk geen bonussen. Liever nog: nooit meer.