Sommige mannen zoeken naar de 'nieuwe normale' manier om vrouwen te benaderen. Wat kan (nog) en wat niet? Onlangs refereerde ik in een stukje aan een Oosterhoutse kunstenaar die in de eerste helft van de vorige eeuw tegen een 'fijn protestants meisje' (aldus mijn moeder) zei: 'Gij zijt een schoon meske, kleed-oe eigen es uit'. Daar deed toen verder niemand moeilijk over.
Wat later in die eeuw, zeg maar de tweede helft, bracht een Philipsmedewerker een bezoek aan een inmiddels niet meer bestaande katholieke uitgeverij van dagbladen en populaire tijdschriften in Haarlem. Tot de aandeelhouders behoorden destijds bekende politici als Beel en De Quay. Na het betreden van de typistenkamer hoorde hij de man die hem rondleidde zeggen: 'dames, laat eens even wat zien'. Waarop die vrouwen lachend hun truitjes omhoog trokken. Ik heb dit uit de eerste hand. Mijn zegsman voegde er aan toe: 'Het stelde natuurlijk niks voor'. En daar deed in die tijd natuurlijk ook niemand moeilijk over.
Intussen zijn de vrouwen in opmars. Derde feministische golf, al vinden anderen misschien dat de tweede nog onvoltooid is. Kijk/luister bij voorbeeld maar eens naar de gemiddelde geïnterviewde, hoog of minder hoog op radio en tv. Hopelijk is haar stem en die van de presentator beneden het kakelniveau; zo neen, dan pleeg ik nog wel eens af te haken. Jammer, ik beveel sommigen een logopedist aan. Meer ervaringen met op z'n minst zichzelf belangrijk vindende vrouwen? Jazeker.
Ik kom wel eens in een super, waarvan ik weet dat ze mijn merk sigaren hebben. (Die moet je tegenwoordig met een lantaarntje zoeken.) Dan gaat het wel eens om beschadigde exemplaren. De chef doet daar niet moeilijk over. Neemt ze desnoods terug. Maar toen ik onlangs een doosje wilde openen, griste de kassière het me uit de handen. 'Rustig', kon ik nog net verbouwereerd uitbrengen en: 'de baas vindt dat goed'. Reactie: 'Ik ben de baas.' Het bleek de dochter te zijn.
Laatst zat ik in een vergadering, waar een jonge servicemedewerker (vrouw) het zover had gebracht dat ze het initiatief had overgenomen van de voorzitter. Toen ik ergens mijn beklag over deed, was dat voor haar aanleiding, de loftrompet over zichzelf te steken. Ze oogstte daarvoor applaus. Voornamelijk van de aanwezige vrouwen. De praktijk was het tegendeel. De medewerker hield zich twee dagen achtereen telefonisch onbereikbaar voor mij.
Er valt nog veel te leren, niet alleen door vrouwen, uiteraard.