zaterdag 31 maart 2018
Stelt dat ANP nog wel iets voor?
Het persbureau werd in de jaren dertig van de vorige eeuw opgericht door de gezamenlijke Nederlandse dagbladen, om hen te voorzien van binnen- en buitenlands nieuws. Het ANP was daarvoor zelf weer geabonneerd op buitenlandse bureaus als Reuters en AFP. Vooral de regionale bladen, die toen buiten hun verspreidingsgebied nog nauwelijks eigen verslaggevers hadden, voeren daar wel bij. Het nieuws bereikte de kranten via de telex, ook wel verreschrijver genoemd. Er was tot diep in de twintigste eeuw ook een Radionieuwsdienst, verzorgd door het ANP. Maar ja, dat was nog in de tijd dat de uitzendingen om 24 uur met het Wilhelmus werden afgesloten.
Kranten konden al dan niet bewerkte berichten en artikelen van het ANP plaatsen zonder bronvermelding, alsof het uit eigen koker kwam. Er waren er ook die keurig tussen haakjes de bron vermeldden. Vijftig jaar geleden beleefde Nederland ‘de grootste spoorwegramp’ uit haar geschiedenis. Harmelen. Toen men bij mijn krant voorstelde, erop af te vliegen, besliste een minkukel van een hoofdredacteur: ‘Dat nemen we wel van het ANP.’
De dagbladen dreven bij verkiezingen volledig op het persbureau, dat de formats tijdig tevoren leverde, zodat die op verkiezingsavond snel konden worden aangepast. Dat werkte perfect. De kranten hadden de uitslagen de volgende morgen. Moet je nu niet meer om komen. Heeft niet eens zoveel met het tellen te maken.
De NOS werkt op verkiezingsavond met exit polls. Bij de raadsverkiezingen van 21 maart, bood de NOS haar app-gebruikers aan, de door hen gewenste uitslag(en) zo snel mogelijk per email door te geven. Daar kwam weinig van terecht. De uitslag van de gemeente Best verkreeg ik om 00.10 uur door wat te surfen op het internet. De beloofde mail van de NOS kwam om 05.00 uur, als mosterd na de maaltijd.
Ben die avond ook nog even op de website van het ANP geweest. Het leek daar, of er geen verkiezingen waren geweest.
donderdag 29 maart 2018
Nieuwe heren, nieuwe stupiditeiten
Laat ik maar eens een vergeten uitdrukking van stal halen: nieuwe heren, nieuwe wetten en die parafraseren: nieuwe stupiditeiten. Moet je daarvoor uit Helmond komen? Je zou het haast gaan denken.
Er bestaat ook zoiets als geestelijk erfgoed. Dat dacht ik ook, toen een Oirschottenaar ‘n aantal jaren geleden het bekendste café van Best overnam: het Blauw Boerke, in de wandeling aangeduid met d’n blauwe. In Brabant betekent dat ‘de rooie’. En zo was het: een vorige eigenaar had rood haar. De nieuwe heer maakte er Ambacht van. Ik wen er nooit aan en mij ontbreekt zelfs de goesting er naar toe te gaan.
woensdag 28 maart 2018
‘n Telefoontje en alleen maar ‘n telefoontje
Mijn Nokia telefoontje, wel twintig jaar oud, heeft het begeven. Je kon er alleen maar mee bellen en sms-en, maar toch jammer. Gebruikte het voornamelijk voor internetbankieren. Vorig jaar circuleerde het bericht dat de Finnen een retro-versie van dat telefoontje zouden uitbrengen, maar eigenlijk niks meer van gehoord.
De oplossing: een oude Samsung GT-19001 van Levensmaatje, met Android besturingssysteem, dat zowaar nog werd opgewaardeerd. Dat ding heb ik zoveel mogelijk uitgekleed (van apps ontdaan en zo) en losgekoppeld van het internet. Weg ermee allemaal.
Deze week hoorde ik in het radioprogramma Dit is de nacht studenten filosoferen over hun telefoonverslaving en hoe ze daarmee hadden afgerekend. Uiteraard meteen ook met Facebook en What’s App. Herken het een en ander; de avond tevoren op de bank naar een Netflix-serie kijkend, had ik al moeten vaststellen dat er een telefoontje in plaats van ondergetekende werd geknuffeld.
Ga dus met mijn ‘nieuwe’ telefoon als vanouds verder. Levensmaatje zit overigens wel met de brokken. Ze had, weliswaar nadat ze mijn simkaart erin had gestopt, een flink aantal specifieke telefoonnummers gewist, zich niet realiserende dat Google-synchronisatie nog aanstond. Zodat ze nu haar eigen smartphone moet bijwerken.
‘t Is toch wa.
Nasissen
De regering wil de procedure in gang zetten, die moet leiden naar een verbod van knalvuurwerk, rotjes en andere dingen die je het liefst zover mogelijk van je af gooit. Ik heb het vuurwerkmanifest getekend dat mikt op een algeheel verbod van particulier vuurwerk. Meer dan 65.000 Nederlanders zijn me daarin al voorgegaan, hoorde ik op het Radio 1 Journaal. Een meerderheid is sowieso voor algemene afschaffing, waar bij percentages de ronde doen van 55 tot meer dan 60 procent. Oogartsen vinden de voorgenomen eerste maatregel niet genoeg.
In mijn naaste omgeving zijn twee kinderen die de laatste nieuwaarsnacht door rondvliegend vuurwerk zijn getroffen. Ze zijn beiden zwaar getraumatiseerd en van één jongetje staat vast, dat hij er z’n hele leven last van zal hebben. Ik zal je de verdere details besparen.
Over tradities zal ik het ook maar niet hebben, daar worden in dit land al genoeg redeneringen aan opgehangen. Wel snap ik het nasissen van de vuurwerkverkopers, doorgaans ondernemers die in een, laten we zeggen ‘onschuldiger’. branche hun brood verdienen, maar in de laatste weken van december hun klapper maken. Zij ondervinden trouwens toch al zware concurrentie van levensgevaarlijke, illegaal geïmporteerde bommen. Die rommel zou bij een knalverbod beter bestreden kunnen worden. Immers, wie dan nog knalt is nat.
Er is dit geval volop reden, achter de toch al te vaak agressief benaderde politie en hulpverleners te gaan staan. Het is mooi geweest en het knalverbod is een eerste stap in de goede richting, zoals ook een kamermeerderheid lijkt te denken. Professionele vuurwerkshows, zoals bij onze zuiderburen, zouden in enkele jaren kunnen uitgroeien tot, ja, een gewaardeerde traditie.
maandag 26 maart 2018
Is de weg gevaarlijk of de gebruiker?
Het zit mij de laatste dagen niet mee. Vorige week verkeek ik mij op het proces verbaal van de gemeenteraadsverkiezing in Best en vanmorgen ging ik af op het krantenkop lezen van Levensmaatje, die mij aan het ontbijt meedeelde: ze vinden de Bestseweg een gevaarlijke weg, Ik schreef naar aanleiding daarvan een geharnast stukje, waarop bijna oud-raadslid Paul Gondrie direct reageerde met de opmerking: je hebt het over de verkeerde weg. Vandaar nu deze revisie, naar aanleiding van een bericht in het ED, dat de N270 (Helmond-Deurne) en de N620 (Best-Son) op de lijst van ‘gevaarlijke wegen’ staan. RTL Nieuws had dat uitgezocht.
Paul Gondrie: ‘Het is de N620, de weg die wij meestal de Sonseweg noemen maar na het Oud Meer overgaat in de Bestseweg. Ik snap jouw levensmaatje wel want de weg naar Oirschot noemen wij de Oirschotseweg maar na verloop van tijd heet die richting Oirschot ook Bestseweg.’
De Sonseweg, waarover het vanuit Best gezien dus gaat is ‘n eenbaansweg met net buiten de bebouwde kom over ongeveer een kilometer een zone, waar een maximum snelheid van 60 km geldt – aangegeven met een knipperinstallatie. De weg heeft verderop uitritten van het Joe Manntheater annex horecagelegenheid (wandelgebied) een café-restaurant, het museum Bevrijdende Vleugels, en die van een weg langs het Wilhelminakanaal die vanaf Best langs het destructiebedrijf Rendac loopt. Aan Sonse kant heb je dan nog een recreatiegebied Oud Meer, voordat de weg uitkomt bij de op- en afritten van de A50.
Maar hoe gevaarlijk is die weg? We zijn nu aangeland bij waar ik in mijn vorig stukje (dat ik zal verwijderen) gebleven was.
Over de N-weg Helmond-Deurne is de laatste weken veel te doen geweest, sinds daar in één klap vijf doden vielen. Dat wil zeggen, er is eindeloos gedelibereerd over ‘gevaarlijk’, totdat, aan de staart van zo’n verhaal, een verkeersdeskundige durfde op te merken: ‘De kern van het probleem is natuurlijk het rijgedrag.’
Ja, ik weet het, net als bij voetbal, denkt iedereen evenveel verstand te hebben van verkeer. Dus doe ik ook mijn zegje. Sommigen zoeken de oplossing van het fileprobleem bij meer asfalt. Ik houd het toch maar op het rijgedrag. Driekwart van de filemeldingen gaat gepaard met de mededeling ‘na een ongeluk’.
Ik heb dezer dagen mijn casco-verzekering opgezegd. Wens niet langer op te draaien voor de schades van de onbenullen die stelselmatig, al telefonerend de maximum snelheden negeren en er – vooral in de spiits – een wild-west-vertoning van maken.
vrijdag 16 maart 2018
Betaalmuur
Met name buitenlandse dagbladen als de New York Times en ook de tot De Persgroep B behorende De Morgen werken er al jaren mee. In Nederland heb je de digitale kiosk Blendle, waar je tegen redelijke prijzen een scala aan kranten en tijdschriften online kunt lezen. Abonnees van Persgroep-bladen zijn in de riante positie, dat ze alle aangesloten media gratis op hun telefoontje kunnen volgen.
Nieuwsgaring, zeker onderzoeksjournalistiek, waarmee onder meer het ED zich regionaal onderscheidt, kost geld, dat zal duidelijk zijn. Om van de verwerking, productie en verspreiding op papier of online nog maar te zwijgen.
Journalist en tegenwoordig hoogleraar in zijn vak Bart Brouwers beschreef in 2013 in zijn boek Na de deadline de problematiek van ‘de pers’ en concludeerde: Sloop het gebouw voordat het instort en begin van voren af aan. Brouwers is niet alleen theoreticus: hij is ook als ondernemer betrokken bij de digitale regiokrant E52 (‘Elke dag het nieuws voor innovatief Eindhoven’), waarvan ik de ‘rentabiliteit’ niet ken, maar die in elk geval het plan voor een wekelijkse editie op papier niet heeft kunnen realiseren.
Een ander, zeker succesvol experiment (hoewel, het experiment ontgroeid, lijkt me) is de ‘onlinekrant’ DeCorrespondent, gevoed met artikelen van gerenommeerde journalisten, die het, als ik het goed heb, al tot ca. 50.000 betalende abonnees heeft gebracht. Een blijvertje.
De abonnees van de dagbladen realiseren zich het ‘niks voor niks’, anders zouden ze geen abonnee zijn. Maar of dat ook geldt voor de massa, die een baaierd aan informatie via wat voor scherm dan ook gratis krijgt voorgeschoteld, is niet eens de vraag. Het ED poneerde na de aankondiging van de betaalmuur, online de stelling Betalen voor nieuws is logisch. Uitslag: 87% is het daar niet mee eens. Ik weet zeker dat dat allemaal ‘nieuwszappers’ zijn. Mogelijk nemen die ook het nepnieuws voor lief.
donderdag 15 maart 2018
Fusie Nuenen-Eindhoven - Wie belanghebbend?
In een advertentie in de regionale pers, zegt de provincie: ‘Tijdens deze bijeenkomsten wordt aangegeven hoe en waarom tot de herindeling is besloten en wat de vervolgstappen zijn. Daarnaast willen we met u (bewoners en belanghebbenden, tSs.) in gesprek over de nieuw te vormen gemeente. Wat wilt u geregeld zien? Waar maakt u zich zorgen over? Wat vraagt onze aandacht?’
Tot zover de provincie Noord-Brabant. (Aanmelden www.brabant.nl)
De vraag is, wie in dit geval als ‘belanghebbend’ kan worden beschouwd. Het geval Nuenen-Eindhoven staat niet op zichzelf. Gaan we uit van recente uitlatingen van Eindhovens burgemeester John Jorritsma en andere ervaren bestuurders/deskundigen over de bestuurlijke toekomst van Zuid-Oost Brabant, dan is Nuenen slechts een deel van het probleem. Ook de positie van andere randgemeenten, met name Son en Breugel, is in het geding; laatstgenoemde gemeente is lange tijd als alternatief beschouwd voor een fusie met Nuenen.
Op welke manier dan ook een samengaan van Eindhoven en Nuenen zal worden geregeld, er zal altijd een moment komen dat er in de regio verder zal moeten worden gereisd. De provincie zal dat moeilijk kunnen ontkennen, want ze heeft het zelf vorig jaar aangegeven. Men is nog lang niet uitgestudeerd en er liggen nog tal van mogelijkheden open. Eindhoven plus deelgemeenten, zoals geopperd door de Bestse oud-bestuurder Jan van Beerendonk? Die suggestie zou wel wat meer aandacht mogen krijgen dan tot nu toe.
Alle inwoners van Zuid-Oost Brabant zijn dus belanghebbend.
dinsdag 13 maart 2018
Nee, we noemen geen namen
Nee, nee, nee, we noemen geen namen. Namen noemen we niet, zong de grondlegger van de oudejaarsconference, Wim Kan. Terwijl iedere landelijke politicus in die tijd zat te wachten op het moment dat hij/zij zou worden genoemd – zonder dat was je niks.
Maar in dit verhaaltje over de naderende gemeenteraadsverkiezing zeg ik het Kan na, want ‘volstrekte neutraliteit.’
Onlangs vroeg iemand op een buurtapp zich af, wie van het gemeentebestuur verantwoordelijk is voor het nieuwe, nogal omstreden afvalbeleid in Best. Dit, kennelijk om er achter te komen, op welke partij hij op 21 maart niet zal stemmen. Ik heb daarop, overeenkomstig de waarheid, geantwoord: een raadsmeerderheid.
Wie de verkiezing volgende week ‘vergeet, of besluit te vergeten,’ kan dit niet wijten aan de voorlichting. Afgezien van de aandacht van de traditionele en sociale media, die omvangrijker en genuanceerder dan ooit is, beschikken we over uitgebreide informatie van de plaatselijke overheid en de verkiezingsprogramma’s van de acht deelnemende partijen. (Met kieswijzers heb ik niet zoveel, of eigenlijk helemaal niks.)
Het lijsttrekkersdebat, afgelopen vrijdag in ‘t Tejaterke, dat zoveel belangstelling trok dat de organisatoren er beduusd van waren, bood naar mijn smaak niet de informatie op grond waarvan ik mijn keuze kon bepalen. Maar ik ben er toch uit! Nee, we noemen geen namen. De verkiezingsprogramma’s bleken al in een eerder stadium voldoende aanknopingspunten te bieden. Wat ze wèl en wat ze niet te zeggen hebben.
Veel partijen blijven steken in algemeenheden, of hebben helemaal niets mee te delen over wat momenteel in Best aan de orde is. Aan borstklopperij over wat in de loop van jaren – meer jaren dan die van de afgelopen zittingsperiode van de raad – is bereikt, hebben we niets. Dat maken we zelf wel uit. Slechts ‘n enkele partij durft het achterste van haar tong te laten zien; daar weet je nu van, waar ze zich allemaal aan belooft te houden. Ik zou zeggen, ga zelf kijken op de website van de gemeente en zoek op ‘Verkiezingen’.
Er is één actualiteit in de Bestse politiek die bijzondere aandacht nodig heeft. Dat is de transparantie oftewel de openbaarheid van bestuur. In het lijsttrekkersdebat is door deze en gene ‘spijt’ betuigt over de beslotenheid, waarin vorig jaar met een inmiddels met ziekteverlof zijnde burgemeester over de door hem opgeroepen problematiek is gediscussieerd en dat was dan dat. Het gebrek aan openbaarheid in het algemeen is in Best een structureel verschijnsel. Ik kan dat aantonen.
De informatie over de begroting voor 2018 op de gemeentelijke website bevat slechts een ‘samenvattend overzicht van baten en lasten.’ Daarover heb ik wel wat te vragen. De gemeentebegroting is een openbaar stuk! Ik weet niet of dat nog gebeurt, maar ze werd ooit compleet de krantenredacties toegestuurd. Ik wil weten, hoe de zittende raadsmeerderheid met onze centen omspringt. Dus heb ik de afdeling communicatie van de gemeemte Best een vraag over financiën voorgelegd, per e-mail, via het daarvoor geëigende adres en na een week nog eens telefonisch. Inmiddels zijn er meer dan veertien dagen verstreken, maar ik kan u niet verder inlichten. De openbaarheid is afwezig in de gemeente Best.
Over die openbaarheid rept geen enkel verkiezingsprogramma; wel duikt het woord ‘transparantie’ op in een reclamefilmpje op YouTube.
Nee, we noemen geen namen. Namen noemen we niet.
vrijdag 9 maart 2018
Machteloze woede
Mensen noem elkaar geen mietje,
Eenmaal zing je allemaal,
Allemaal het ouwe liedje,
‘t Is de schuld van ‘t kapitaal
Zong de onvolprezen Leen Jongewaard in de brekende jaren zeventig. Kan zo weer ‘n hit worden, als je de machteloze woede ziet die de ING-bank nationaal heeft opgeroepen met het plan de baas eventjes te voorzien van een salarisverhoging met 50 (zegge vijftig) procent tot drie miljoen per jaar. Ik hoef daar niks meer van toe te lichten, dat heeft iedereen al gedaan, tot De Telegraaf aan toe: een opgestoken vinger van de ING.
Machteloze woede, ja, ook bij de politiek, want die bank is ongrijpbaar, ook voor zoiets als de Balkenende-norm. Het is trouwens een internationale trend, de teugels voor de banken weer te laten vieren, zodat ze hun wanbeleid van voor 2008, die tot een mondiale financiële crisis heeft geleid, weer vrolijk kunnen oppakken.
De argumentatie bij de ING slaat natuurlijk nergens op: allemaal het ouwe liedje. 'Anders lopen ze weg, naar het buitenland.’ En het is ‘natuurlijk’ een beloning voor het goed functioneren van de bank. Een beloning die dan in de eerste plaats het personeel toekomt, hoorde ik – met mijn instemming – op de nachtradio zeggen. Zoals ook de gederfde spaarrente ter sprake kwam. De burger betaalt, zoals dat ook het geval zal zijn als het weer mis gaat en de staat met ons belastinggeld moet bijspringen.
En uiteraard hebben ze het weglopen van enkele duizenden klanten ingecalculeerd – dat is eerder gebeurd. Maar 1. wat kan hen dat schelen? 2. Begin er gerust aan. Je zit met machtigingen tot afschrijving etc. met handen en voeten aan zo’n bank gebonden. Overstappen kost je minstens een dag werk, met het risico dat er toch nog iets mis gaat.
Ik moest trouwens wel even grinniken – mooi meegenomen – toen president commissaris Jeroen van der Veer gistermiddag eerst een slokje water moest nemen, alvorens de kritische vragen van Nieuws & Co op Radio 1 te beantwoorden.
vrijdag 2 maart 2018
Tussen ‘t ED en die wethouder komt ‘t nooit meer goed
Corrie de Leeuw, oud-stadsredacteur van het Eindhovens Dagblad en tegenwoordig opererend in onder meer de gemeente Geldrop-Mierlo (waarvan ze heeft geconstateerd dat de neuzen er twee kanten uit staan, richting Eindhoven, respectievelijk Helmond) is ook een vaardig columniste, wat volgens mij tevens inhoudt dat ze in die kwaliteit het nieuws goed bijhoudt. Neem nou deze week haar stukje Wraak. Daarin laat ze doorschemeren dat het tussen het ED en een bepaalde wethouder van Eindhoven nooit meer goed komt.
Het is een kwestie van determineren. Tijdens de verkiezingscampagne in 2014 kreeg de krant het aan de stok met een kandidaat van een van de vele partijtjes die toen een gooi naar het raadspluche deden. Die man was niet uitgenodigd voor het lijsttrekkersdebat – viel niet aan te beginnen, za’k maar zegge.
De man kwam, zoals min of meer te verwachten viel, niet in de Eindhovense raad, maar wat wil het toeval? Hij is nu woordvoerder van een wethouder, die ‘niets meer met het ED te maken wil hebben’. Kan dus regelmatig nee verkopen als de krant aan de lijn komt. Daarop slaat het kopje ‘Wraak’.
De naam van de betrokken wethouder staat niet in de column, maar naar haar identiteit (het is een zij) is het gemakkelijk raden: Mary-Ann Schreurs, wier ‘loodzware’ portefeuille volgens Wikipedia bestaat uit: innovatie, design, cultuur, monumenten en archeologie, duurzaamheid en milieu, groen, water en licht, roadmap educatie, bedrijfsvoering en P&O, NRE-terrein en Mariënhage. Welnu, deze Mary-Ann is in het ED van 18 mei 2017 onder de kop ‘Het orakel van het Stadhuisplein’ tot de grond toe afgebrand. Laat ik volstaan met de inleiding van dat verhaal te citeren:
Onsamenhangende betogen, zinnen die niets met elkaar te maken hebben, uitweidingen die niets met het onderwerp te maken hebben. De Eindhovense wethouder Mary-Ann Schreurs van D66 grossiert erin. Hoe is het mogelijk dat ze nog steeds in het zadel zit?
De slotvraag keert regelmatig terug in de 37 publieke reacties op de website van de krant, waarbij ook Schreurs’ partij D66 er van langs krijgt. Niet dat iemand er zich iets van aan trekt, want de politica in kwestie staat weer vrolijk op de kandidatenlijst, nog wel als lijsttrekker.
Blijft nog één vraag over. Wie wint uiteindelijk de strijd, als een wethouder niet on speaking terms (geliefde taal van deze wethouder) met hét nieuws- en controle-medium van de regio? Ik kan vanuit mijn ervaringen menig voorbeeld noemen van een bestuurder, die uiteindelijk op z’n knieën naar de krant kroop, of met zijn klacht daar op boze toon de deur werd gewezen.
Botte machtsuitoefening van de krant? Ook daar gelden integriteitsregels en ze worden ook nog eens in de volle openbaarheid toegepast.