woensdag 25 februari 2015

Toch meeëten bij V&D

V&D heeft na de uitspraak van de rechter, dat het gedwongen inleveren van loon door de medewerkers niet aanvaardbaar is, toch maar eieren voor haar geld gekozen. Zeker terecht, gezien het gegeven dat - zo las ik ergens - de topman van het concern in de VS onlangs een nieuw onderkomen voor zichzelf ten bedrage van 20 miljoen (dollars of euri, houd me dat even ten goede) heeft aangeschaft. Dat is twee keer de door V&D met de salariskorting beoogde 'levensreddende' bezuiniging.

De rechter zei dat de 'bescherming van het loon' alleen geldt voor de leden van de vakbond die het geding tegen het warenhuis had aangespannen. Maar de directie van V&D heeft in haar ruimhartigheid eigener beweging besloten de uitspraak voor het volledige personeel te laten gelden.

Op basis van mijn persoonlijk arbeidsverleden, respectievelijk mijn meer dan 40-jarig lidmaatschap van de journalistenvakbond concludeer ik dat er weer naar hartenlust meegegeten kan worden. Ik zal mij nader verklaren.

Het is dat ik bij mijn aantreden als leerling-journalist destijds van idealen zwanger was, want anders had ik een lucratiever beroep gekozen. Het vak stond niet alleen in de onderste regionen van de maatschappelijke ladder, we werden ook nog eens zwaar onderbetaald. Niet voor werkdagen van 9 tot 5 hoor en ook zonder weekend-compensatie. Het was immers in de tijd dat ik een krantendirecteur hoorde zeggen: 'Wil ik een journalist? Dan tik ik even tegen de ruit en ik heb er een.'

Niet dat het ons ontbrak aan gevoel voor eigenwaarde. Weliswaar hadden we, zuilsgewijs, onze vakbonden, maar noemden die niet zo: de Nederlandse Journalisten Kring, de Katholieke Nederlandse Journalisten Kring en de Protestants Christelijke Journalisten Kring. Het heeft tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw geduurd, voordat die kringen werden samengevoegd tot de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ). De kringen onderhandelden jaarlijks in federatief verband met de krantendirecteuren, verenigd in de Nederlandse Dagbladpers (NDP), over de cao en ik moet zeggen dat heeft geleidelijk aan spectaculaire resultaten opgeleverd. Ten faveure van de hele journalistiek. Inclusief de niet-vakbondsleden dus, collega's die door ons, wel aangeslotenen, misprijzend meeëters werden genoemd.

Want reken maar dat hier af en toe stevig over werd gediscussieerd. Voor zover je van een discussie kon spreken, want steekhoudende argumenten voor het niet meedoen aan de beroepsorganisatie heb ik nimmer kunnen bespeuren. Zodat alleen de vermoedelijke reden - de contributie - overeind bleef. Een hoofdredacteur volstond met: 'Ik ben geen lid. Daar hebben we het nog wel eens over.' Ja, dag!

Sans rancune, hoor. Al die lui, ook al zijn ze inmiddels gepensioneerd, eten nog steeds smakelijk mee.

dinsdag 24 februari 2015

Onzakelijkheid rond Mol neemt alleen maar toe

De onzakelijkheid van de gemeente Best rond de problematiek van het beeld De Mol neemt alleen maar toe, wat wel eens tot gevolg zou kunnen hebben dat dit dossier ons nog heel lang hoofdpijn gaat bezorgen.

De gemeenteraad nam deze week een van de opties, voorgehouden door het college van B en W, over, namelijk De Mol op kosten van de gemeente repareren, mits het beeld daarna nog een flink aantal jaren meegaat. Wat ik in een eerder stadium met de natte vinger veronderstelde, dat ongeveer de helft van de Bestse bevolking De Mol kan missen als kiespijn, wordt min of meer bevestigd door de uitkomst van een door de PvdA gehouden online-enquete, waarop binnen een week honderd mensen reageerden, maar laten we daar niet te lang bij stilstaan. En ook niet bij de 'armlastige' kunstenaar, die bereid is de reparatiekosten in natura te vergoeden. (wellicht mondt dat uit in een nieuw beeldje van een kale kip). Het gaat om die kosten zelf.

Beeldenmaker Tom Claassen schatte die op 40.000 à 50.000 euro, wat betekent dat de gemeente straks, inclusief de initiële kosten van het beeld, anderhalve ton op het hele kunstavontuur zal moeten afschrijven. Als het daarbij blijft, want de raad houdt zelfs al rekening met een kostenpost van 60.000, terwijl de wethouder hierop mag terugkomen, als het iets meer wordt.

Met afgrijzen heb ik van deze redeneertrant kennis genomen. Immers, als je iets aan te besteden hebt dan is het noemen van een budget een (niet alleen politieke) doodzonde. Terwijl iedereen er al rekening mee houdt dat het wel eens meer zou kunnen worden dan 50.000, zegt de Bestse raad: zie maar of het lukt met 60.000 en, zo niet, trek dan maar weer aan de bel. Als ik reparateur was, zou ik het wel weten. Dit soort onzakelijkheid vraagt gewoon om een afstraffing.

Het komt bij de overheid nogal eens voor dat over onderwerpen, waarbij financiële belangen op het spel staan, in beslotenheid wordt vergaderd. In het algemeen ben ik natuurlijk voor zo groot mogelijke openbaarheid, maar als er ooit sprake is van een kwetsbare opstelling, dan is dat nu het geval.


maandag 23 februari 2015

Een discutabele tandartsrekening

De tandarts die onze gebitten in de loop van pakweg 40 jaar uitstekend heeft bijgehouden, stuurt ons via de BV waarin hij tegenwoordig met confrères samenwerkt een rekening voor periodieke controle die op z'n zachtst gezegd vragen oproept.

De controle staat genoteerd voor 21,09 euro en daarboven staat een post van gelijke hoogte wegens 'schriftelijke medische anamnese'. De tandarts rekent dus het dubbele van wat we gewend zijn, terwijl de omschrijving van post 2 natuurlijk voor de gemiddelde patiënt abracadabra is.

Toch maar eens naar de praktijk gebeld. De receptioniste/secretaresse zegt dat je onder schriftelijke medische anamnese het werk moet worden verstaan dat de arts op zijn computer verricht, teneinde de gebitssituatie van de patiënt bij te houden. De mevrouw zal de tandarts vragen hierover alsnog contact op te nemen, aangezien wij te kennen geven dat het bijhouden van zijn administratie naar ons oordeel 'bij het vak hoort'. Wij zien weinig gespecificeerde rekeningen van de gezondheidszorg, omdat die meestal rechtstreeks naar de verzekering gaan, maar kunnen ons niet voorstellen dat bij voorbeeld ook de huisarts dit soort 'kosten' factureert; de tandarts  deed het ook niet eerder

Het duurt weken voordat de arts iets van zich laat horen. Mogelijk werd hij aan het geval herinnerd doordat wij via de website van de collectieve factureringsinstantie ons beklag deden.

En?

De dokter legt uit dat de aangegeven administratieve werkzaamheden hem nogal wat tijd kosten en, ja, tijd is geld. Onderwijl brengt hij ons onder ogen dat de zorgverlener zich in het huidige klimaat door de verzekeraars nogal 'in de hoek gedrukt' voelt. Hij zegt ook dat hij de 'anamnese' niet altijd in zijn rekeningen opneemt. Ondanks begrip voor de situatie van de zorgverleners, zijn wij niet geneigd, de op ons toegepaste declaratiemethode van de tandarts te accepteren. Maar wat doe je als de langdurige goede relatie met een tandarts op het spel staat? Toch maar betalen. Al voel je je dan, als patiënt op jouw beurt in een hoek gedrukt.

maandag 16 februari 2015

En de boer, hij ploegde voort

Over een maand zijn er verkiezingen. Het gaat over Provinciale Staten en ook weer niet. De politieke situatie in dit land heeft tot gevolg dat meer dan ooit de verkiezingen van een lagere overheid een testcase zijn voor de zittende landelijke regering. Dat komt doordat de samenstelling van de Eerste Kamer komende zomer wordt bepaald door de dan aangetreden nieuwe staten in de provincies. Getrapte verkiezingen heet zoiets. Dit wordt al jaren als negentiende-eeuws en weinig democratisch ervaren, maar de Senaat, zoals de Eerste Kamer ook wel wordt genoemd, is op zichzelf ook al omstreden. 

Die Senaat, vergaderend in ouderwetse groene bankjes tegenover de Tweede Kamer aan het Binnenhof, is – zo ziet men dat – een Raad van Wijzen die de taak heeft, de wetsvoorstellen die door de overkant zijn aangenomen te toetsen; hij mag er niets aan veranderen, kan er alleen ja of nee tegen zeggen. Dat laatste is onlangs nog gebeurd met de 'zorgwet' van minister Schippers. De Eerste Kamer zet zichzelf steeds vaker op de kaart.

De nieuwe Provinciale Staten kunnen dus straks gaan uitmaken, of er al dan niet een Eerste Kamer ontstaat, waarin de regering voldoende steun vindt voor zijn plannen. Dit is voor de landelijke politieke partijen aanleiding, de statenverkiezingen compleet in de landelijke sfeer te trekken. En het ziet er naar uit dat de kiezers dat ook hebben begrepen. Het feit dat 'de provincie' een weinig aansprekende bestuurslaag is, speelt daarbij natuurlijk ook een rol.

Voordat ik het over Brabant ga hebben – want deze provincie heeft wel degelijk haar specifieke politieke hangijzers – wil ik u, al is dat ten overvloede, attenderen op wat er aan de hand is in het noorden des lands en dan vooral in de provincie Groningen. Uit onderzoeken is nu al gebleken dat de mensen daar hun vertrouwen in de landelijke overheid volledig kwijt zijn en van plan zijn dat in hun stem tot uitdrukking te brengen. Het gas, de bodemdaling en de bevingen, die miljarden aan schade veroorzaken en de bewoners slapeloze nachten bezorgen. En minister Kamp, die zich doof houdt voor de vrijwel algemene opvatting dat aan het oppompen van aardgas onmiddellijk beperkingen moeten worden opgelegd. Diezelfde minister denkt ook nog steeds dat het winnen van schaliegas, ook in Brabant, een reële optie is. Komt dit allemaal voor rekening van regeringspartij VVD, het is ook nog steeds niet tot coalitiepartner PvdA doorgedrongen dat zij met haar handjeklap bezig is haar graf steeds dieper te maken.

Het CDA gaat bij deze gang van zaken garen spinnen. Zou dat in Brabant ook het geval zijn? Ervaringen in het verleden bevestigen dat. De landelijke trend is altijd bepalend. Jammer, want er zijn in het provinciaal beleid wel degelijk punten aan te wijzen, die 'de stemming' zouden kunnen beïnvloeden. Neem het gedram van het CDA en met name van zijn gedeputeerde Ruud van Heugten als het gaat om de zwaar omstreden plannen voor voltooiing van de wegenruit om Eindhoven. Terwijl de Tweede Kamer, gezien het gebrek aan draagvlak in de regio, het budget voor de Ruit heeft teruggetrokken, gaat Van Heugten onverdroten verder met zijn pogingen, de Ruit, eventueel in aangepaste vorm, nieuw leven in te blazen. En de boer hij ploegde voort.

En ja, het is niet voor het eerst dat aan het CDA een zekere boerenslimheid kan worden toegeschreven. In dit geval uit die zich in het niet eens op de kieslijst plaatsen van Ruud van Heugten en het benoemen van een onbekende mevrouw uit Den Bosch tot lijsttrekker. Dat is geen afstraffing of zo. Dat is tactiek! Want betekent het ook dat Van Heugten niet terugkeert als provinciaal bestuurder? Ik houd het op het befaamde duveltje dat straks uit het doosje zal springen. De nodige politieke macht komt er toch wel, dankzij...de landelijke politiek. 

vrijdag 13 februari 2015

E.

Iemand vond in de archieven van de Leeuwarder Courant (weinig kranten zijn op het internet zó aanwezig) een hoofdartikel uit het begin van de jaren zeventig, waarin E. zich afvroeg, hoe het er met de bodemdaling in Groningen, als gevolg van de aardgaswinning ‘over dertig of vijftig jaar’ zou uitzien. Goed voorspeller, luidde het commentaar op Twitter. Maar slechte speller, tikte een ander, want à fonds perdu zonder s gespeld.

Wie was E? Eddy Evenhuis, hoofdredacteur van de LC, naast Jan Piebenga en na diens dood in 1965, naast Jacob Noordmans en de roemruchte Laurens ten Cate. Evenhuis was landelijk bekend als dichter; de Groene besteedde in de jaren negentig nog aandacht aan hem, toen hij zijn laatste bundel in eigen beheer uitgaf.

Ik herinner mij, in de tweede helft van de jaren vijftig in Friesland als journalist werkzaam, Evenhuis als een nogal stugge, arrogante Groninger liberaal, die het zich bij voorbeeld niet verwaardigde ooit het woord te richten tot katholieke collega’s. Opmerkelijke mededeling op Wikipedia: hij vond, samen met stadsredacteur Henny Keikes de rubriek Gehoord en Gezien uit. Een mateloos populaire berichtjesverzameling, vol trivia en van de straat opgepikte Luwadder citaten als ‘Wat voor film draait er deez week in ‘e Tivli? - Sissy de Rat loof ik.’ Veel nageaapt ook, die rubriek, zoals eveneens de weekendbijlage van de LC, Sneon en Snein, die rond 1960 op ongekend hoog niveau stond, met bij voorbeeld foto’s ter grootte van een halve pagina (waarvoor in die tijd een metalen cliché moest worden gemaakt).

E. en P(iebenga) vulden de hele rechterkolom van de voorpagina, per dag afwisselend, met hun commentaren. Ze leken elkaars tegenpolen. Piebenga (ook statenlid voor de PvdA en zelf verkiezingsfolders in de brievenbussen stoppend) min of meer ter linkerzijde, Evenhuis, nou ja, liberaal. Piebenga sprak trouwens met zijn sonore stem Fries op een manier, die je waardering voor die taal bevorderde.

Hoe het verder is gegaan bij de LC, vooral in de tijd van de uiterst linkse Laurens ten Cate, die voor de fusie met de Friese Koerier op gespannen voet had geleefd met mede-hoofdredacteur en (ook) dichter Fedde Schurer, valt buiten mijn gezichtsveld. Leeuwarder Courant en Friese Koerier zijn overigens op instigatie van de redacties samengegaan. Het was daarvóór natuurlijk ook een rare figuur: beide kranten werden uitgegeven door de Stichting De Friese Pers en al jaren op dezelfde pers gedrukt.

vrijdag 6 februari 2015

Duif (ge)grilled

In de kantine van Peugeotgarage Oerlemans in Nijnsel zag ik een ingelijst sterk verhaal. Duif (ge)grilled stond er boven. Vaak kun je zoiets op het internet terugvinden, maar deze keer kwam ik niet verder dan recepten voor het grillen van duiven… Daarom maar even uit m’n hoofd naverteld.

Een automobilist, die ergens in Gelderland woont reed vandaar naar zijn werk in Lieshout, toen hij in aanvaring kwam met – toen nog vermoedelijk – een duif. Een behoorlijke tik en zwevende veren. Hij stopte om te kijken of hij de vogel kon vinden en wellicht nog kon helpen. Niks te zien.

Ongeveer bij aankomst bij zijn werkplek hoorde de autorijder een gerucht onder de motorkap, dus deed hij die open. De duif, in goede welstand. Die was daar via de grille in het motorcompartiment geraakt en wandelde zenuwachtig heen en weer. Hij had daar nog net de ruimte voor. Maar de vogel kon niet zomaar uit zijn benarde positie worden bevrijd. Hem zat van alles in de weg, zal ik maar zeggen. Daar was een automonteur voor nodig. Oerlemans aan de Lieshoutseweg in Nijnsel!

De automobilist reed daar voorzichtig naar toe, waarna de voorstelling kon beginnen. Na luttele ogenblikken vloog de duif door de garage. De grote schuifdeuren werden geopend en onder applaus van het voltallige personeel kon de vogel, ogenschijnlijk ongedeerd, het vrije luchtruim kiezen.

dinsdag 3 februari 2015

Bureaucratie subsidiëring in Best verstevigd

Met een stemverhouding van 11 voor en 9 tegen heeft de gemeenteraad  van Best maandagavond zijn greep op de subsidiëring van het muziek- en dansonderwijs verstevigd. Alle aanvragen, van wie dan ook, zullen de portefeuillehouder in het college van b en w en vervolgens de raad moeten passeren. Een versteviging van de bureaucratie.

De Stichting CultuurSpoor Best, aan wie de raad eerder een belangrijke coördinerende rol toekende, heeft het nakijken, al denkt men wel de nodige reuring in het centrum van Best te bereiken door aan te sturen op ‘n soort culturele hotspot in het voormalige Rabobankgebouw en de aangrenzende biblotheek. Ook op dit punt heeft wethouder John Verheijen (VVD) ‘huiswerk’ opgekregen, want er moet bij voorbeeld met de nieuwe eigenaren van het bankgebouw over de huur worden onderhandeld.

Hierdoor is het er in Best ook politiek niet eenvoudiger op geworden, want de scheiding der geesten loopt door tot in het dagelijks bestuur van de gemeente. Immers, in het college zijn naast D66 en VVD, voorstanders van het nu ontwikkelde subsidiebeleid, PvdA en de plaatselijke partij Best Open, nadrukkelijk trouw aan de ‘methode CultuurSpoor’, vertegenwoordigd. Voorstellen aan de raad worden niet door een wethouder gedaan, maar door dat college. Dat wordt heel gezellig.

Best wil reuring (opeens heeft dit woord het te pas en te onpas gebruikte bruisen vervangen) nou dat zal het krijgen. Immers de meest gebruikte synoniemen voor reuring zijn: opschudding, drukte, beroering en gedoe.


De openbare raadsvergadering, met afgeladen publieke tribune, was vooral een demonstratie van onmacht. Ook procedureel. De beraadslagingen waren voor het publiek zeer moeilijk te volgen, aangezien de vers opgestelde stukken, zoals de voorstellen van D66, niet voor hem beschikbaar maken. Bovendien zou voor nogal wat raadsleden het raadplegen van een logopedist of het volgen van een cursusje spreken in het openbaar geen overbodige luxe zijn.

maandag 2 februari 2015

Zondigen tegen de hoop

Wanhopen was in de rooms-katholieke wereld een zonde. Ik herinner mij daarover een vraag in de catechismus: Wanneer zondigen wij tegen de hoop? Ik zou het antwoord zo niet meer weten, behalve dan dat zelfbedachte van een Ginnekens klasgenootje. Dit stukje gaat trouwens over…zuivelfabrieken.

Ik kom daar op, doordat een groep kunstenaars uit Utrecht zondag, 1 februari, haar feestdag, met een mooi plaatje twitterden over Brigida van Kildare, na Sint Patrick de ‘belangrijkste heilige van Ierland’. Wikipedia vermeldt dat Brigida patroon is van onder meer Bavel (gemeente Breda), Geldrop en Noorbeek in Limburg.

Patroonsheiligen speelden vroeger een belangrijke rol in de dorpen. Zo is de datum waarop de kermissen worden gehouden afgeleid van hun feestdag. Werd er een vereniging, coöperatie of zoiets als een zuivelfabriek opgericht, dan kreeg die de naam van de heilige. Pancratius in Hoogeloon, Laurentius in Ulvenhout, Martinus in Princenhage, en Brigida (die trouwens wordt afgebeeld met een koe, omdat ze werd aangeroepen tegen veeziekten) dus in Bavel.
Breda was in de vorige eeuw al wat liberaler, dus die stad had een zuivelfabriek met de meer profane naam De Hoop.

Derhalve: ‘Wanneer zondigen wij tegen de hoop?’

‘Als wij bij Sint-Martinus melk halen.’