woensdag 23 april 2014

‘Moeders! Voor conserven naar de Achelse Kluis’

Er is een actie gaande, om (delen van) de Achelse Kluis een passende bestemming te geven en zo voor het nageslacht te behouden. Er verblijven nog maar weinig, overwegend hoogbejaarde monniken in de Sint-Benedictusabdij, die tegenwoordig een dependance is van de Cisterciënzers (ook wel Trappisten genoemd) van de abdij van Westmalle. ‘Achel’ is trouwens in de negentiende eeuw uit die abdij voortgekomen.

Het klooster heeft een rijke geschiedenis. De naam is terug te voeren tot een echte kluizenaarsgemeenschap, die in 1686 in de eenzaamheid tussen Staats en Vlaams Brabant werd gesticht door de Eindhovenaar Petrus van Eijnatten. Daarvoor stond er ‘n zogenaamde grenskerk, die door de katholieken werd gebruikt in verband met het verbod van ‘het noorden’ om hun godsdienst uit te oefenen.

De hermieten werden tijdens de Franse Revolutie verjaagd en tussen de bedrijven door fungeerde de kluis als herberg en smokkelaarsnest. De geschiedenis en de regels van de kluis zijn uitvoerig beschreven door de trappist Dominicus de Jong, halverwege de vorige eeuw archivaris van de abdij. De Jong is vooral bekend geworden door de enorme collectie (750.000!) bidprentjes, gedachtenisplaatjes bij overlijdens. Die collectie is in 2004 veilig gesteld in een documentatiecentrum van de Vlaamse gemeente Hamont-Achel.

In 1961 interviewde ik Dominicus de Jong (die als ‘heemkundige’ toestemming van de abt had, zich regelmatig  buiten het klooster te begeven en daarbij een borreltje niet versmaadde) over zijn verzameling. Grappig detail: de pater had het steeds over krekelprentjes, waar hij knekelprentjes bedoelde.

De abdij lag toen nog in betrekkelijke eenzaamheid tussen de houtvesterij Leenderbos en Achel. De enige harde weg ging van het café Zomerhof (tegenwoordig populair eetcafé!) bij Borkel en Schaft naar het klooster. Als je die vanaf de bushalte afliep, zag je de broeders op Nederlands grondgebied de akkers bewerken. De grens loopt door de bibliotheek van de abdij. Aan die weg is nu een paardensportcentrum van internationale allure gepland. Met de eenzaamheid is het trouwens al vijftig jaar gedaan, sinds de zandwegen vanuit Budel en Hamont tot aan de abdij zijn verhard. Vader Abt was daar indertijd helemaal niet blij mee.

Bij het behoud van het erfgoed zal het de kunst zijn, de contemplatieve sfeer van de Achelse Kluis nog enigszins te bewaren. Een heksentoer, want nu al is er sprake van een toeristische trekpleister met een brasserie in een van de bijgebouwen, geliefd doelwit in weekeinden en vakanties. Ja, de tijd van Broeder Martinus, die in plaatselijke blaadjes adverteerde met ‘Moeders! Voor uw conserven naar de Achelse Kluis’ ligt alweer ver achter ons. Je kon bij Martinus trouwens voor heel wat meer terecht dan ‘conserven’. Ook voor Hasseltse jenever en voor vlees ‘zonder spuitjes’!

woensdag 16 april 2014

Welja, ‘alle macht aan de burgemeesters’

Die Benjamin Barber, dat is me d’r eentje. De Amerikaanse politicoloog meent het Ei van Columbus te hebben gevonden met zijn betoog ´alle macht aan de burgemeesters´.

Ja, er wordt nagedacht over onze democratieën, in het bijzonder over het regionale bestuur, al járen. Op zichzelf is dat natuurlijk een goed ding, het nadenken bedoel ik. Zo hadden we David van Reybrouck, schrijver van dat geweldige boek Congo. Die poneerde de stelling ‘niet kiezen maar loten’. Ik heb het fijne ervan (nog) niet tot me genomen, dus kan alleen maar zeggen: kom er maar eens op.

Barber was in Amsterdam en liet zich interviewen door De Persdienst, dus staat het of komt het in driekwart van de regionale kranten. Hij heeft wel degelijk gezag hoor, die Barber, want was zelfs ‘adviseur van oud-president Bill Clinton’. Dat oud moet er eigenlijk af, maar niet zeuren.

Genoeg gezag dus, ook om Nederland er fijntjes op te wijzen dat het maar eens moet beginnen met zijn burgemeesters te kiezen. (Loting zit niet in Barbers vocabulaire.) Eigenlijk is dat een beetje ‘n contradictio in terminis, want ooit – nog niet eens zo heel lang geleden - hadden onze burgemeesters het compleet voor het zeggen, van bovenaf gedropt door Den Haag, om die analfalbeten in de gemeenteraad in de gaten te houden, wat? te ringeloren. Ik heb een burgemeester van Eersel eens horen uitroepen: ‘Zijn er dan geleerdere mensen in de Kempen dan de burgemeesters?’ De commissaris des konings, ook zoiets. Destijds hoor. In Limburg noemen ze hem trouwens nog steeds gouverneur.

Ik heb niet het gevoel dat wij heden ten dage nog de nieuwe democratie uit Amerika moeten halen. Burgemeesters als ‘n veredeld soort sheriff. Eén Rob van Gijzel lijkt wel genoeg, als ik Jos Kessels mag geloven.

dinsdag 15 april 2014

Uiteindelijk gaat het wel om de macht

Het handje schudden voorafgaand aan de raadsvergaderingen in Best is een ware cultuur. Wie wel en wie niet? Volgende keer moet ik toch beter opletten.

Take it, or leave it. Dat is de kern van het advies van informateur Ruud Vermeulen aan de raad voor de coalitievorming. Die daardoor ‘terug bij af’ is. Het debat over dit advies laat nog wel ‘n week, nee, anderhalve week, nee ongeveer twee weken (het laatste woord van voorzitter Van Aert) op zich wachten. En daarna zou de eigenlijke formatie pas kunnen beginnen.

Onconventioneel dat was de werkwijze van Vermeulen zeker. Inderdaad, meer die van een generaal dan van een politicus.  Maar om nou te zeggen dat het noemen van twee namen van potentiële wethouders dorpsschokkend was? Sommigen presenteren zich immers al vóór de verkiezingen als kandidaat voor de bestuursfunctie en eigenlijk is dat wel zo duidelijk. Dat voor Best Open de naam van Marc van Schuppen (niet gekozen raadskandidaat) werd genoemd, heeft wel degelijk te maken met de door de informateur  zo belangrijk geachte chemie tussen partijen en personen. Immers oud-wethouder en voormalig oppositieleider Leo Bisschops ligt bij sommigen in de demissionaire coalitie minder goed. Te fel? Ha, dan wil Vermeulen het CDA een koekje van eigen deeg geven, door van hem, het CDA dus, een ‘sterke oppositiepartij’ te maken. 

Een combinatie van VVD, D66, Best Open en PvdA, zoals voorgesteld, is getalsmatig best mogelijk (12 van de 21 zetels), maar niet echt logisch, gezien de verkiezingsuitslag. Immers de kiezer maakte Gemeentebelangen even sterk (2 zetels) als de sociaal democraten. Het gesputter van GB-er Wout Gloudemans (demissionair wethouder) is daarom best te begrijpen.

Gaat het om de chemie tussen raad, college en ambtenaren? Dat zal wel, maar ik mis in dit rijtje de burger. Daarover zou ik van de wethouderskandidaten die straks komen boven drijven wel eens ‘n intentieverklaring willen horen. Er is in het recente verleden teveel mis gegaan tussen de gemeente en de burgerij. Als er in januari klachten zijn over het in het pikkedonker onverlicht op rotondes fietsen van Heerbeeck-leerlingen, gebeurt er niets. Maar als een basisschool-leerling een brief schrijft aan de burgemeester, gaat een wethouder daar mee aan de haal en laat zich met dat kind op de foto zetten. Leuk! Tussen neus en lippen door hoorden we maandagavond: de burger staat met rug tegen de muur.

Maar uiteindelijk gaat het natuurlijk niet om dat modieuze begrip ‘chemie’, maar om de macht. Dat is het verschil tussen personeelsbeleid bij defensie en politiek.

(Gesproken column voor Omroep Best, 16.04.14, 18:10 uur.)

donderdag 10 april 2014

Voor goed zwijgen?

In de krant lees ik een mededeling dat het OM iemand ‘voor goed het zwijgen wil opleggen’.

Wat is de betekenis van deze uitdrukking? Niet beter te weten, dan dat het OM iemand dood zou willen zien. ‘Voor goed’  is immers ‘voor eeuwig’. Ik weet zeker dat dit een term is die in het verleden in deze context werd gebruikt.

Wat doe je in dit geval? ‘n Beetje googlen en de Dikke Van Dale er op naslaan. Geen resultaat. Hoewel Van Dale een opvallend uitvoerig lemma wijdt aan alles wat met (ver)zwijgen te maken heeft.

Een laatste proef op de som: de vraag aan Levensmaatje (geboren in 1945), ‘waar denk je aan bij iemand voor goed het zwijgen opleggen?’ Ze zegt: ‘Aan moord!’

Spreken is zilver, zwijgen is goud. ‘Ik heb liever zilver,’ reageerde een  naar mijn gevoel al te spraakzame dochter eens. Ik heb nooit de neiging gehad, haar voor goed te laten zwijgen.

dinsdag 8 april 2014

Ronselen

Ronselen. Laat ik er – dat kan niet veranderd zijn – er mijn ouwe Van Dale, de Dikke, er maar weer eens voor opslaan:  ‘1. werven, m.n. met de gedachte dat dit met list of geweld, of voor de vijand geschiedt.’

Kwalijk dus. Evenals over mistellingen bij de raadsverkiezingen in den lande, wemelt het van de berichten over ronselpraktijken door raadskandidaten. Zo wordt een wethouder in de Brabantse gemeente Laarbeek drievoudig beticht van het jagen op stemmachtigingen onder bejaarden. Sommigen van zijn doelwitten zitten daar niet mee, aangezien zij de ronselaar als politicus/bestuurder zeggen te vertrouwen. Maar het is natuurlijk wel tegen de wet.

Is het eigenlijk wel zo nieuw? Vroeger – toen alles beter was en bij voorbeeld mistellingen niet of nauwelijks voorkwamen – hadden we wel te maken met wat ik rustig een verkapte manier van stemmen ronselen noem.

Zo was het vaste gewoonte van KVP, later CDA in Brabant bejaarden en nonnetjes aan te bieden, hen met de auto uit en thuis naar het stembureau te brengen, waarbij het natuurlijk als vanzelfsprekend werd beschouwd, dat de stem naar de ‘vervoersmaatschappij’ ging. Toegegeven, niet ‘met list en geweld en ook niet voor de vijand’, integendeel.

Ik herinner  me dat ik eens zo’n nonneke bij het betreden van het stembureau tegenkwam en tegen haar zei: ‘En, heddem goed rood gemokt?’  (Dat was, toen wij tot ergernis van mijn schoonvader en de huisdokter, een  verkiezingsplakkaat met een meer dan levensgrote foto van Joop den Uyl voor het raam hadden hangen,) Waarop het nonneke, met twinkelende oogjes: ‘Zeker, maar wel op de goeie plek!’

Dit stinkt echt

Best mag zich gelukkig prijzen dat het een informateur heeft in een generaal b.d. die niet wordt gehinderd door enig partijlidmaatschap. Eindhoven heeft een doorgewinterde PvdA-politicus, ex-senator Han Noten, tegenwoordig burgemeester van Dalfsen. En daar heb je de poppen al aan het dansen.

Het Ouderen Appèl, met een sprong van 3 naar 5 zetels winnaar van de verkiezingen dreigt buiten de (linkse) coalitie te worden gehouden. Noten beroept zich daarbij op ‘de vrees van meerdere partijen’, voor ‘discontinuïteit in het bestuur’.

Hoe moet je dit interpreteren? Laat ik een poging doen: Je kunt nu wel een vertegenwoordiger van die oudjes tot wethouder benoemen, maar wat te doen als die halverwege de rit met wat voor ouderdomsklacht dan ook per ambulance wordt afgevoerd. Respectievelijk, hoe moet het dan over vier jaar als iedereen nòg ouder is geworden?

Persoonlijk heb ik het niet  zo begrepen op categorale partijen; in de praktijk zijn ze inderdaad niet altijd even consistent gebleken. Ik zal er dus nooit op stemmen, ook niet op een ouderenpartij, ofschoon ik overduidelijk tot de ‘doelgroep’ behoor. Maar in Eindhoven berust het afwijzen van het Ouderen Appèl overduidelijk op een drogreden, die buitengewoon kwalijk riekt naar leeftijdsdiscriminatie.

maandag 7 april 2014

CultuurSpoor Best: gewoon beginnen

Hoewel nog omringd door onzekerheden, met name wat betreft de huisvesting in het centrum, is de samenwerking van drie culturele instellingen in Best – de Bibliotheek, het educatief centrum De Wig en het intergemeentelijke muziek- en dansinstituut Pulz – onder de trefzekere, eigentijdse naam CultuurSpoor ‘gewoon begonnen’. En zo hoort dat. Je kunt over zoiets eindeloos delibereren, maar dat zet doorgaans geen zoden aan de dijk.

Burgemeester Anton van Aert onthulde zondag, in het kader van de feestelijkheden rond het 50-jarig bestaan, de naam boven de ingang van het zo vertrouwde pand van de bieb aan de Raadhuisplein en wist de juiste woorden te vinden om de deelnemende partijen en de burgerij een hart onder de riem te steken. Met de voorzichtigheid, een burgemeester eigen. Zonder garanties, maar met een hoopgevende context. In dit geval was het modieuze woord passie nu eens gepast. Je kunt dat vertalen met  het woord van Baden Powell: ‘Waar een wil is, is een weg.’

CultuurSpoor Best is een uitdaging van de burgerij en het particulier initiatief aan de in staat van reorganisatie verkerende plaatselijke politiek: zorg dat wij niet in de kou komen te staan.

Ik heb me wel eens verzet tegen het te pas en te onpas gebruiken van het woord ‘bruisend’ voor de perspectieven van het ‘op te waarderen’ centrum van Best, maar ik moet toegeven, in dit geval borrelt er toch wel iets.