Nee, nee, nee, we noemen geen namen. Namen noemen we niet, zong de grondlegger van de oudejaarsconference, Wim Kan. Terwijl iedere landelijke politicus in die tijd zat te wachten op het moment dat hij/zij zou worden genoemd – zonder dat was je niks.
Maar in dit verhaaltje over de naderende gemeenteraadsverkiezing zeg ik het Kan na, want ‘volstrekte neutraliteit.’
Onlangs vroeg iemand op een buurtapp zich af, wie van het gemeentebestuur verantwoordelijk is voor het nieuwe, nogal omstreden afvalbeleid in Best. Dit, kennelijk om er achter te komen, op welke partij hij op 21 maart niet zal stemmen. Ik heb daarop, overeenkomstig de waarheid, geantwoord: een raadsmeerderheid.
Wie de verkiezing volgende week ‘vergeet, of besluit te vergeten,’ kan dit niet wijten aan de voorlichting. Afgezien van de aandacht van de traditionele en sociale media, die omvangrijker en genuanceerder dan ooit is, beschikken we over uitgebreide informatie van de plaatselijke overheid en de verkiezingsprogramma’s van de acht deelnemende partijen. (Met kieswijzers heb ik niet zoveel, of eigenlijk helemaal niks.)
Het lijsttrekkersdebat, afgelopen vrijdag in ‘t Tejaterke, dat zoveel belangstelling trok dat de organisatoren er beduusd van waren, bood naar mijn smaak niet de informatie op grond waarvan ik mijn keuze kon bepalen. Maar ik ben er toch uit! Nee, we noemen geen namen. De verkiezingsprogramma’s bleken al in een eerder stadium voldoende aanknopingspunten te bieden. Wat ze wèl en wat ze niet te zeggen hebben.
Veel partijen blijven steken in algemeenheden, of hebben helemaal niets mee te delen over wat momenteel in Best aan de orde is. Aan borstklopperij over wat in de loop van jaren – meer jaren dan die van de afgelopen zittingsperiode van de raad – is bereikt, hebben we niets. Dat maken we zelf wel uit. Slechts ‘n enkele partij durft het achterste van haar tong te laten zien; daar weet je nu van, waar ze zich allemaal aan belooft te houden. Ik zou zeggen, ga zelf kijken op de website van de gemeente en zoek op ‘Verkiezingen’.
Er is één actualiteit in de Bestse politiek die bijzondere aandacht nodig heeft. Dat is de transparantie oftewel de openbaarheid van bestuur. In het lijsttrekkersdebat is door deze en gene ‘spijt’ betuigt over de beslotenheid, waarin vorig jaar met een inmiddels met ziekteverlof zijnde burgemeester over de door hem opgeroepen problematiek is gediscussieerd en dat was dan dat. Het gebrek aan openbaarheid in het algemeen is in Best een structureel verschijnsel. Ik kan dat aantonen.
De informatie over de begroting voor 2018 op de gemeentelijke website bevat slechts een ‘samenvattend overzicht van baten en lasten.’ Daarover heb ik wel wat te vragen. De gemeentebegroting is een openbaar stuk! Ik weet niet of dat nog gebeurt, maar ze werd ooit compleet de krantenredacties toegestuurd. Ik wil weten, hoe de zittende raadsmeerderheid met onze centen omspringt. Dus heb ik de afdeling communicatie van de gemeemte Best een vraag over financiën voorgelegd, per e-mail, via het daarvoor geëigende adres en na een week nog eens telefonisch. Inmiddels zijn er meer dan veertien dagen verstreken, maar ik kan u niet verder inlichten. De openbaarheid is afwezig in de gemeente Best.
Over die openbaarheid rept geen enkel verkiezingsprogramma; wel duikt het woord ‘transparantie’ op in een reclamefilmpje op YouTube.
Nee, we noemen geen namen. Namen noemen we niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten