woensdag 11 oktober 2017

Natuurlijk komt het straks van bovenaf

De al dan niet oprechte pogingen, de onafwendbare herindeling van gemeenten van onderop in gang te zetten, dreigen te mislukken. Zodat als de best denkbare praktijk straks uit de bus zal rollen dat – als vanouds – de maatregelen van bovenaf zullen worden opgelegd. Met andere woorden, waar nodig zullen gemeenten worden samengevoegd.
Samenwerking op cruciale terreinen als woningbouw en bedrijvigheid  blijft een optie, maar dat is niet genoeg. De democratische vormgeving ervan is bij experimenten  in de loop van meer dan een halve eeuw onmogelijk gebleken, zonder dat een vierde bestuurslaag, met directe verkiezingen, tussen gemeenten en provincie in zou worden gevormd.  En dat wil niemand. Zelfs de zin van een provinciaal bestuur in deze tijd vormt steeds vaker een punt van discussie.
Hoewel een fusie van gemeenten van oudsher een kwestie is van provinciale sturing en parlementaire wetgeving, heeft de nieuwe coalitie in Den Haag het nodig gevonden aan gemeentelijke hervormingen nog een ‘dwingende’ passage te wijden in het regeerakkoord. De wijze waarop het Eindhovens Dagblad  daar – logisch, want als het onderwerp ergens hot is, dan is het wel in Zuid-Oost Brabant – aandacht aan gaf, liegt er niet om. Ik citeer de inleiding: Komt er een einde aan het gedraal van te kleine gemeenten die eigenlijk niet langer zelfstandig kunnen functioneren? Het nieuwe kabinet geeft provincies de ruimte herindeling van bovenaf op te leggen.
In een eerder aan dit onderwerp gewijd stukje, Oerpopulisme: alles bij het oude laten, gaf ik al aan, weinig vertrouwen te hebben in de gedachtenvorming van de gemeenteraad van Best, zoals die tot uiting kwam bij de voorbereiding van de aan ‘de toekomst’ gewijde openbare raadsvergadering van 9 oktober jongstleden. De uitkomst van die vergadering was daardoor uiterst voorspelbaar: ‘We willen zelfstandig blijven en de oplossing zoeken in verdere samenwerking.’ Ik moet D66 wel nageven dat zij, met twee eenmansfracties, bereidheid toonde alsnog met buurgemeente Oirschot te praten, maar daarvoor was dus geen meerderheid te vinden.
Kan Best staat maken op een kwalitatief hoogwaardig bestuur? Oei! Alleen al de beschamende gang van zaken rond wat ik de burgemeesterskwestie ben gaan noemen (Anton van Aert ontbrak als sturende en inspirerende voorzitter op misschien wel de belangrijkste raadsvergadering van het jaar) geeft te denken. Het is oorlog binnen de Bestse politiek, een situatie die, zij het in een andere context, begint te lijken op de janboel in de gemeente Nuenen.
Er is, meer in het algemeen, nog een aspect dat vragen oproept. Wat is de democratische waarde van besluitvorming door een gemeenteraad die bij wijze van spreken op z’n laatste benen loopt? Welke partij heeft het lef, aan het gedraai een einde te maken door in haar verkiezingsprogramma  voor 21 maart 2018 een genuanceerd standpunt in te nemen over de toekomst van de gemeente, anders dan het gemakzuchtige en populistische  ‘we blijven zelfstandig’?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten