Een burgemeester zei me eens: Je zit als ambtsdrager wel in een glazen huis. Bij alles wat je doet, maar ook je vrouw en je kinderen, word je met argusogen bekeken; niet alleen door je buren maar door iedereen. Dat moet je, voor je een benoeming aanvaardt, terdege overwegen en lust je dat niet, blijf dan zitten waar je zit of ga iets anders doen.
De privacy van een burgemeester en zijn gezin is – wetten ten spijt – dus een betrekkelijk iets. Dat ervaart nu ook mevrouw de burgemeester van Helmond, die – zoals de krant het typeert – een Rijdende-Rechter-achtig conflict heeft met haar toekomstige buren. Alles ligt op straat en jammer voor haar, maar de burgemeester en haar man komen er niet op z’n voordeligst uit.
De Helmondse burgemeester woont tot nu toe in het kerkdorp Stiphout en wil binnenkort naar een eigen huis in een Helmondse villawijk verkassen. De onenigheid gaat over een erfafscheiding en beide partijen zijn inmiddels met elkaar in een juridische procedure beland.
Het eerste wat mij nu te binnen schiet is: bestond de ambtswoning nog maar. De meeste gemeenten, althans in Brabant, hebben die afgeschaft. Dat is financieel voordelig èn geeft burgemeesters de vrijheid, hun woonsituatie zelf te bepalen. Maar het heeft zoals we zien ook nadelen. Een ambtswoning daarentegen betekent dat de gemeenteraad de verantwoordelijkheid heeft, dus onafhankelijk van wie dan ook kan bepalen hoe het huis en zijn entourage er uit ziet. De kans op rechtstreekse conflicten van de burgemeester met zijn/haar buren wordt daardoor aanzienlijk verkleind. Mits hij/zij zich uiteraard van het ‘glazen huis’ bewust is. Want dat blijft overeind.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten