De rechter in de zaak tegen de Vestdijkschoppers heeft een lichtere straf opgelegd dan door de officier van justitie geëist, gezien de nadelen die de verdachten hebben ondervonden van de schokkende filmpjes van het gebeuren die door de politie als opsporingsmiddel online zijn gezet. Een typisch geval van Cyberweltfremdheit.
Het Eindhovens Dagblad wijdt aan dit geval een redactioneel commentaar en wijst daarin op de (privacy)rechten die ook verdachten van enig misdrijf hebben. Ja ja, het zal wel.
De Welfremdheit waar het gaat over computers, automatisering, internet-technologie, kortom de cybercultuur bij de overheid en traditionele media is aan de orde van de dag. Daarvan zijn heel wat voorbeelden op te sommen maar dat ga ik hier nu niet doen.
Om bij dit concrete geval te blijven: de beelden die op het web een naar het lijkt oneindig leven zijn gaan leiden, met alle erupties van volksrichting van dien, zijn afkomstig van een of meer bewakingscamera’s. Naar het oordeel van de rechter had het OM zich driemaal moeten bedenken, alvorens dit middel in te zetten.
Op zich is dit een redenering die ik goed kan volgen, ware het niet dat de dagelijkse praktijk op het internet zeker niet afhankelijk is van bewakingscamera’s en van besluiten van justitie daar iets mee te doen. Negentig procent (ik doe een gooi) van de Nederlanders loopt immers met wat voor apparaat dan ook rond, waarmee kwalitatief steeds betere foto’s en filmpjes kunnen worden gemaakt en weinigen voelen zich geroepen, de neiging te onderdrukken, daar ook daadwerkelijk iets mee te doen. Al was het alleen maar omdat gebleken is, dat met de gemaakte ‘unieke beelden’ soms een smak geld is te verdienen.
Voor beelden als die van het uitgaansgeweld in Eindhoven, hoeft echt niet te worden gewacht op het overleg tussen politie, officier en hoofdofficier. Die staan – aangekondigd op Twitter – à la minute online.
In het licht van het bovenstaande, geef ik het beroep dat het OM tegen deze uitspraak heeft ingesteld een goede kans.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten