donderdag 23 juni 2016

Fanatisme anti-rokers nogal irritant

Het fanatisme dat de anti-rokers de laatste tijd (nou ja, eigenlijk altijd al) aan de dag leggen, begint behoorlijk te irriteren. Hoe straffer de rokers voorheen, hoe gedrevener. Frustraties?

Roken, dat wij van de natuurvolken hebben overgenomen, behoort eeuwenlang tot onze cultuur – en is trouwens ook al eeuwenlang onderwerp van discussie. Niet voor niets hanteerden de ‘pro’s’ in een nog niet zo ver verleden de slagzin Een tevreden roker is geen onruststoker. Het presenteren van een sigaret was toen een geijkt middel om een gesprek te beginnen, het ‘ijs te doen breken’.

Je zult mij niet horen zeggen dat roken niet ongezond is, maar de keuze wel of niet behoort nog steeds tot onze vrijheden. Ik denk even terug naar de tijd dat de VVD (die van P.J. Oud) nog een echte liberale partij was en dat uitdroeg met de kreet: ‘Een matig mens is zijn vrijheid waard.’ Sta je voor een dilemma? Luister dan eenvoudig naar de dokter. Wie met een hart- of vaatziekte kampt, dient te weten dat het een kwestie is van ‘vrijheid in gebondenheid’.

Ik verdenk de anti-rooklobby ervan, benauwd te zijn voor verlies van bestaansrecht. Met andere woorden, doormauwen dan blijf je iemand om rekening mee te houden. Aandacht! Alleen, er zijn grenzen aan de overheidsbemoeienis. Er zijn trouwens ook grenzen aan de reikwijdte van de overheidsarm. Zie de manier waarop het alcoholverbod voor de minder dan 18-jarigen massaal wordt ontdoken, vaak nog met collaboratie van de ouders. Van de handhaving komt niks terecht.

De meest recente acties van de anti-rokers treft opnieuw de horeca. Café’s die niet als gevolg van het eerder ingevoerde verbod ter ziele zijn gegaan, zijn de wet tegemoet gekomen door het creëren van aparte ruimten met afzuiginstallaties. Niet genoeg, zeggen de – sorry – kankeraars, want als de deur van die rookruimtes open gaat, krijgen de niet-rokers toch weer een walmpje mee. Dat is niet alleen ongezond, maar ook stimulerend!

Hoe ver kun je gaan? Nou, nog veel verder: moeders die een sigaretje opsteken in de speeltuin (openlucht) moeten daar maar eens mee ophouden. Het is tegenwoordig usance bij de media, ook voortdurend kinderen te vragen  naar hun mening. In dit geval hoorde ik het stemmetje van zo’n joch, dat duidelijk door pa, ma, de juf of de meester was geïndoctrineerd. Bij zich in drinkende pubers heeft dat trouwens geen zin, het levert slechts lacherigheid en stoerdoenerij op.

Tijdens mijn betaald werkzame leven, had ik een collega, die ook voortdurend oorlogskreten tegen de rokers placht te uiten. Die man reed elke dag over de A2, waar hij even goed de trein had kunnen pakken. Ik snoerde hem dan ook de mond met een waarschuwing tegen  de portie fijnstof die hij daar dagelijks door naar binnen kreeg.


Als het gaat over gezondheidsrisico´s, zijn wij altijd uiterst selectief, om niet te zeggen hypocriet.

dinsdag 21 juni 2016

Kleingeestig wereldje

Dat het mediabedrijf in Hilversum een kleingeestig wereldje is, wisten we eigenlijk al. Laat ik de banvloek die npo-baas Frans Klein uitvaardigde over een promotiefilmpje van de nieuwsrubriek Een Vandaag, daarom maar bestempelen als een nieuw dieptepunt. Motivatie Klein volgens onder meer De Telegraaf: ‘Soms kan iets tenenkrommend zijn als het over de rug van anderen gebeurt.’

Hoe zo tenenkrommend? Hoe zo over de rug van anderen? Klein zal moeilijk kunnen wegcijferen dat de zomerprogrammering van npo-radio en –tv heel wat luisteraars en kijkers in het verkeerde keelgat is geschoten. Sportzomer is een ramp, maar dat wisten we al van voorgaande jaren. En de grootverdieners van Pauw en DWDD zijn er weer tussenuit geknepen, alsof Nederland even niet bestaat. Is ook strijk en zet.

Het spotje van Een Vandaag doet niet meer en niet minder dan vaststellen dat deze rubriek er, in tegenstelling tot die anderen, wel is. De klachten van de gebruikers, och, die gooi je toch gewoon, onbeantwoord in de prullenbak en kritiek uit eigen kring (overigens niet als zodanig bedoeld, begrijp ik, maar als puur informatief en nuttig voor de klant), daar bedenk je een andere term voor dan nestbevuiling. ‘Over de rug van anderen.’ Je erkent er in elk geval mee dat je je voelt aangesproken.

Misselijk makend, die koninkrijkjes in ‘t Gooi.

woensdag 8 juni 2016

Opnemen wat de dokter zegt

Het idee komt van minister Edith Schippers (Volksgezondheid): digitaal-auditief opnemen van wat de dokter, in het bijzonder de ziekenhuisspecialist in de spreekkamer zegt. Als ruggensteun voor de patiënt, voor wie ‘het ook allemaal niet is te onthouden’. Maar een meerderheid van de artsen is daar tegen. Terecht?

Met een dergelijke handelwijze hebben wij enige ervaring, zij het dat het een alternatieve genezer betreft, die de patiënt metterdaad heeft verlost van de ziekte van Lyme (de nare gevolgen van een teekbeet, opgedaan in de natuur). Dit uiteraard terzijde, al mag niet onopgemerkt blijven dat de reguliere geneeskunst er op dat moment nog nauwelijks raad mee wist. In elk geval had de patiënt wel degelijk baat bij de geluidsopname, want het was behoorlijk ingewikkeld wat er allemaal werd gezegd en gedaan.

Maar de specialisten zijn dus tegen en voeren als motief daarvoor aan (ik vernam dat van Radio 1) niet zozeer dat het ‘tegen hen kan worden gebruikt’ als wel dat het besprokene wel eens een leven zou kunnen gaan leiden op het internet.

Jaja, Facebook! Ik ga uit – versta me goed -  van de integriteit van de gemiddelde arts, dus de vrees voor misbruik lijkt me terecht. Wie zich eenmaal aan Facebook heeft overgeleverd en er een gewoonte van maakt, ‘de vrienden’ (die geen vrienden zijn) van alles over zijn/haar privéleven, interessant of niet, mee te delen, zal het, als het er op aan komt, niet nalaten ook deze ‘bikkelharde’ informatie met de gôegemeenschap te delen. Om nog maar te zwijgen van de mogelijkheid dat iemand, zonder tussenkomst van de rechter, de gewraakte arts eens even, ja eventjes ofwel ff in internetjargon, een hak zet.

Is hiermee de kous af? Natuurlijk niet, want het maken en beschikbaar stellen van een audio-opname is heel goed in een contract tussen arts en patiënt te regelen. Zo’n standaard-overeenkomst, die oneigenlijk gebruik (dus misbruik) van de opname voorkomt, is door de juristen van de artsenorganisaties zo geregeld.

Nog even doorbakkeleien dus.

dinsdag 7 juni 2016

Duitsland

'n Paar dagen in Duitsland geweest. Zo’n aanbieding van de krant; hotel met ontbijtbuffet in de Eifel. Ik mag de Duitsers wel. Tegenwoordig. Je moet de geschiedenis achter je kunnen laten. Daarop hebben ze zelf gedurende zeventig jaar erg hun best op gedaan. Daarom is het zo oneerlijk hen nu nog de daden van Hitler en zijn trawanten na te dragen, zoals Erdogan en zijn perslakeien dat doen.
Angela Merkel verminken met een snorretje en zeggen dat de Duitsers de laatsten zijn die de Armeense genocide mogen bevestigen. Terwijl het ronduit verbijsterend is dat Turkije de ontkenning van die volkerenmoord nog langer volhoudt.

Ik heb enkele jaren geleden een boek van de vermaarde Britse journalist Robert Fisk gelezen waarin de afzichtelijke waarheid over de Armeense kwestie keihard wordt aangetoond. En van Merkel wil ik sowieso geen kwaad woord horen. Het weekblad Time verklaarde haar in 2015 tot de persoonlijkheid van het jaar en ik ben er trots op, daar met mijn stemmetje op het internet aan te hebben bijgedragen. Een volstrekt integere vrouw, op wie we onze hoop moeten vestigen, als het er om gaat, ‘de boel bij mekaar te houden’.

Maar laat ik het nog even over ons reisje hebben. In Trier zat ik even op zo’n stenen bankje dat rond een bronzen monumentje is aangebracht, te luisteren naar een hoboïst die voortreffelijk een stuk van Bach reproduceerde. Er kwam een (andere) oude man naast me zitten met de woorden: ‘Ik kraak.’ Ik informeerde naar zijn leeftijd en hij zei: zes en tachtig. Dan is het normaal, als je kraakt, repliceerde ik, waarop de man zijn hele ziekteverleden uiteen begon te zetten. Eerlijk gezegd gaf ik de voorkeur aan de hoboïst, die intussen het adagio uit het klarinetconcert van Mozart had ingezet. Dat klonk minder en wel hierom: Mozart schreef dit weemoedige stuk aan het eind van zijn leven en dat kun je horen, mits het wordt gespeeld op het instrument waarvoor het gemaakt is. De hobo klaagt toch minder.

Als ze goed spelen, geef ik straatmuzikanten altijd iets, zei ik tegen de oude man. ‘Ja,’ antwoordde hij, stond op en vertrok verder zonder een woord. Is dit de diskwalificatie van een Duitser? Nee hoor, het was een Luxemburger.

(Gesproken column voor Omroep Best, 15.06.16, 18:10 uur.)