De camping communale op 2 km afstand van Sisteron, groot, parkachtig met zwembad (helaas in reconstructie) en verder prima onderhouden, is een ware afspiegeling van de Europese economie.
De Fransen hebben het caravannen overgeslagen, denk ik wel eens; ze hebben een oud exemplaar óf een camper, maar die lijken dan vaak wel tweedehands. De oudere Nederlanders die je in dit voorseizoen ontmoet, houden het in doorsnee op die caravan. Tenten zijn er nog weinig – da’s meer voor gezinnetjes in het hoogseizoen.
Sisteron is niet in het minst een doorgangscamping, voor Noord-Europeanen via Grenoble op weg naar de Côte d’Azur. Duitsers! En die kunnen pronken met hun niet aflatende welvaart, door te reizen met en te verblijven in reusachtige campers met panoramische voorruiten. Koninklijke treinen. Mein Mobil Glück. Plaats zat, zelfs voor de kanariepiet in een kooi naar verhouding. En natuurlijk een roterende schotelantenne op het dak: stellig niet om de berichten over de ellende in Europa op te vangen. Ik zag er een met een garage, waaruit voor een verkoelend ritje door de bergen een quad werd geladen.
Ben ik jaloers, met mijn bescheiden Eriba? Welnee, ik zou me rot generen, met zo’n mastodont de Route Napoleon op te gaan.
En verder, ik gun het ze van harte, die Duitsers, als binnenkort maar weer een stukje van hun gezonde economie op ons afstraalt. Op de Boulevard Victor Hugo in Digne-Les-Bains, vallen me trouwens de vele nieuwe, kleine, meest zwarte en witte auto’s op. Vooral Golfjes en Audi’s.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten