woensdag 30 maart 2022

Het betreurde huis

In 1921 kocht mijn vader via de erven van Charles Schunterman, de vader van mijn moeder, die ik - mijn opa dus -  niet heb gekend,  het herenhuis Brugstraat 2 in Ginneken.  Na verloop van tijd kwamen mijn ouders (in 1911 getrouwd) elkaar tegen op de Ginnekenmarkt, waarop vader zei: begin jij het hier ook zo saai te vinden? Die vraag stellen aan mijn moeder was tevens haar beantwoorden; ze is haar hele leven verzot geweest op het stadsleven. Het gesprek leidde tot een vestiging van enkele jaren in Brussel en omgeving. . 

België was in die tijd, vergeleken met ons land, een goedkoop land om te leven, zeker als je zoals m'n vader die voordrachtkunstenaar en schrijver was, je geld verdiende in Nederland. Het ging dus mijn ouders voor de wind. Rond 1930 waren mijn oudste zus en mijn twee broers toe aan het middelbaar onderwijs. Daarin voorzag zelfs Brussel onvoldoende. Om de teleurstelling bij mijn moeder te verzachten, stelde vader voor, het huis in Ginneken mede naar haar inzichten te moderniseren. En zo geschiedde, inclusief een serre en twee verdiepingen op de haaks op de 'hoofdbouw' gelegen keuken en eetkamer: een 'muziekkamer' en vier slaapkamer(tjes).

In dat huis ben ik, geboren in het Laurens Ziekenhuis kamer 2, opgegroeid. Heb daar de Tweede Wereldoorlog en de jaren vijftig meegemaakt. Die oorlog heeft het ook mijn ouders niet gemakkelijk gemaakt. Het begon er al mee bij de Duitse inval in 1940 dat tijdens onze vlucht op de fiets naar Vlaanderen twee plafonds in het woon- en werkgedeelte naar beneden kwamen. (Kleine historie: een speelgoedautootje waarvan de lichten echt konden branden en dat ik op mijn verjaardag had gekregen, werd uit de kelder gestolen.)

Mijn ouders weigerden aansluiting bij de zogenaamde Cultuurkamer (een verplichting van de bezetter) zodat ze niet in het openbaar mochten optreden. Die optredens beperkten zich tot 'bruiloften en partijen', waarbij het 'mee mogen eten' deel uitmaakte van het honorarium. Wrang detail: tijdens een priesterfeest bij een boeren familie gebruikten ze tafelzilver dat ze eerder tegen eten hadden geruild.

In oktober 1944 liep het huis zware schade op tijdens een bombardement op onder meer de tegenover gelegen hervormde Laurentiuskerk. Een bomfragment sloeg in de kolenkelder, waarachter ouders en inwonenden schuilden (ik was elders) en een kleine scherf doorboorde de lambrisering van vaders werkkamer, die we toen als woonkamer gebruikten. 

Je kunt concluderen dat het huis er eigenlijk nooit meer bovenop is gekomen. Vader (inmiddels 77) kocht in 1954 van een Ginnekense aannemer een van drie aaneengesloten nieuwbouwhuizen aan de Ulvenhoutselaan en probeerde van het huis Brugstraat 2, sinds 1942 na annexatie van Ginneken Duivelsbruglaan 8 Breda, af te komen met een huurkoopcontract, wat mislukte.

De rest is tamelijk mistig. Het huis met tuin aan de Duivelsbruglaan is omstreeks 1960 aangekocht door de gemeente Breda, met het oog op een heilloos en dan ook niet uitgevoerd plan, de straat ter plaatse te verbreden. In die tijd in Leeuwarden wonend en bezig met de opbouw van een eigen gezin, heb ik begrepen dat een zwager van mij, die wethouder was, hier een rol in heeft gespeeld. Belangenverstrengeling? Wat dan ook, ik beleef een en ander nu als een verdrietig verhaal, waarbij nieuwbouw op dezelfde plek niet tot herstel van de monumentaliteit van dit straatgedeelte heeft geleid. 

2 opmerkingen:

  1. Bestaat die Brugstraat nog? Ik krijg op Streetview alleen maar een Vogelenzanglaan met een kerkhof. In Breda.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Zoals je kunt zien, is die Brugstraat in Ginneken in 1942 bij annexatie door Breda omgedoopt in Duivelsbruglaan. De stad-zelf heeft namelijk twee Brugstraten, een Lange en een Korte.

      Verwijderen