De Corona-pandemie heeft, net als een oorlog op eigen bodem, tot gevolg dat wij als mensen ‘op onszelf worden teruggeworpen,’ zoals dat in min of meer vergeten Nederlands heet. Dat maakt positieve eigenschappen in ons los, zo blijkt wel uit diverse berichten in de geest van ‘student biedt eenzame ouderen aan, voor hen boodschappen te doen’.
Andere voorbeelden vind je zelf wel.
En dan is er – wederom net als in wo2 – de galgenhumor, waarmee men elkaar op de been probeert te houden. Zoals die rond de gekken die het nodig vinden, voor een jaar pleepapier te hamsteren, terwijl de leveranciers bij hoog en laag verkondigen dat de landelijke voorraad meer dan op peil is.
Ik herinner mij als oudere mens de grappen die tijdens de oorlog de ronde deden, zoals die over de rantsoenering van voedsel: slager meldt zich ten huize van de klant. Die reageert met ‘ha fijn, schuif het vlees maar onder de deur door.’
De natuurkundige Hendrik Casimir, toen al gepensioneerd als baas van Philips’ NatLab, beschreef me eens de sfeer in de stationsrestauratie van Utrecht in die tijd. Vol met mensen, die in afwachting waren van treinen die misschien zouden rijden. De ober kondigde tot ieders verrassing aan dat hij snert in de aanbieding had. Hoera! Niks gedrang, niks ieder voor zich. ‘Eigenlijk vond ik dat best een prettige tijd,’ zei Casimir.
Ik zou zeggen, maak er wat van in deze rotperiode. Neem een voorbeeld aan de in hun huizen geïsoleerde Italianen, die elkaar vanaf hun balkons toezingen. Gelukkig geloven ook zij niet, wat sommigen beweren, dat de pandemie ‘een straf van god’ is.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten