Jos Kessels schrijft vandaag in het ED een heerlijk stukje met herinneringen aan de Achelse Kluis (officieel Sint-Benedictusabdij) gelegen op de Belgisch-Nederlandse grens, ten zuiden van Valkenswaard. Nadat het klooster nog ‘n tijdje als dependance van ‘Westmalle’ had gefungeerd, zijn de laatste Cisterciënsers overleden of vertrokken. De Kluis is geschiedenis geworden. Ze krijgt een andere dienende functie.
Jos vertelt van zijn vader, die op mooie zonnige dagen met zijn oom naar de brasserie bij de Kluis placht te fietsen en dan wel eens ‘niet zonder hulp van boven’ thuis geraakte.
Mijn herinneringen gaan wat verder terug, toen er nog geen brasserie was, maar wel een winkeltje van broeder Martinus, die in plaatselijke krantjes adverteerde met: ‘Moeders! Voor uw conserven naar….’ (terwijl iedereen wist dat daar op Belgische grond veel meer goeikoop was te krijgen, op ‘t laatst ook vlees ‘zonder spuitjes’).
In 1961, ik werkte nog maar net bij een Eindhovense krant, droeg mijn hoofdredacteur me op, een verhaaltje te maken over pater Dominicus de Jong en zijn collectie bidprentjes (de plaatjes met vrome teksten die bij begrafenissen werden uitgedeeld). Met de streekbus van de EMA tot aan café Zomerhof (bestaat nog als restaurant) aan de Luikerweg en te voet naar de abdijpoort. Links zag je dan de monniken in habijt het land bewerken – ora et labora.
P. Dominicus was archivaris van de abdij; had een boekje geschreven over de leefregel van de stichter en eerste kluizenaar daar, Van Enetten uit Eindhoven. Zijn collectie bidprentjes was er een om u tegen te zeggen. Niet vergeten ben ik zijn gewoonte om de zogenaamde knekelprentjes (als er doodshoofden en/of beenderen op stonden) krekelprentjes te noemen.
Dominicus’ functie bracht met zich mee, dat de abt hem meer vrijheden toestond dan de gemiddelde onder zijn hoede verekerende trappist. De eerwaarde pater maakte daar gretig gebruik van. Vandaar het volstrekt apocriefe verhaal, dat hij ooit door de toenmalige burgemeester van Maarheeze, Rob van Schaik, in een kruiwagen door het Leenderbos naar huis zou zijn gebracht.
Om deze minder vrome bespiegelingen nog even om te buigen: ik was al ‘n tijdje geen praktiserend katholiek meer, toen ik af en toe mijn moeder naar de hoogmis in de abdijkerk reed, omdat ik wist dat dat haar blij maakte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten