Financiële relletjes, daar zijn we ook in Brabant goed in. Zie bij voorbeeld het gekrakeel over het daginkomen van Martijn Sanders als spindoctor van de Culturele Hoofdstad. De ambities, wel te verstaan, die wel eens echt zouden kunnen uitdraaien op weggegooid geld. Vandaag staat er weer een kop in de allemaal-een-pot-nat-kranten, die in eerste instantie aan prijzige ham doet denken: Brabant blijkt net zo duur als Parma. Blijkt het zijdelings over het zogenaamde snoepreisje van Provinciale Staten naar Italië te gaan dat, omdat het 50.000 euro moest kosten, niet doorging.
Hoe toon je aan dat het destijds om een storm in een glas water ging, om gezeur over peanuts? Door het alternatief, een driedaagse conferentie in De Ruwenberg te Sint-Michielsgestel, onder de rook van Den Bosch, bijna net zo duur te laten worden, namelijk 47 mille. Dat is immers helemaal niet zo moeilijk in dit land, waar iedereen maar vraagt wat hem goeddunkt. Het land dat patent heeft op de servicekosten, de voorrijkosten, de administratiekosten, de onderzoekskosten de ademhalingskosten en weet ik veel wat voor typen kosten nog meer.
Neem voor het dagvoorzitterschap daar in Gestel zo’n Amsterdams schnabbel- en grabbeltalent als Felix Rottenberg – wat je van ver haalt is altijd lekker – en je bent al 6000 euro kwijt. Tegen wie ‘schande’ roept, zeg je gewoon dat het ‘een net bedrag is voor de geleverde prestaties’. Geldt dat ook voor die 2200 voor de beveiliging – hoe zo, wat voor beveiliging? En dan die overnachtingen, waar waren die nu weer voor nodig? Om zonder risico een slaapmuts te kunnen vatten? Nou ja, je gaat voor het goeie doel op de hei zitten of je kruipt elke avond weer achter de gebreide broek.
Zo blijf het heen en weer gaan, met als uitkomst voor boeren burgers en buitenlui, de triomfantelijke constatering dat het, nogmaals, rond Parma een relletje van niks was. Ook nu weer, zelfs zonder ham gefundenes Fressen voor de PVV.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten