woensdag 16 november 2011

Zevensprong

Faber sr Telkens als ik iets lees of hoor over die Klaas-Carel Faber <- de oorlogsmisdadiger die op tweede kerstdag 1952 ontsnapte uit de Bredase koepelgevangenis – beter bekend als De Paraplu – moet ik weer denken aan De Zevensprong. Vanuit mijn uiteraard niet geheel betrouwbare geheugen, meen ik te weten dat hij bij die vlucht deel uitmaakte van een groep van zeven. ‘Heb je wel gehoord van de zeven, de zeven’ etc.

‘n Paar weken later, na een bal van de Vereniging Katholiek Leven in  de inmiddels betreurde schouwburg uit 1890 Concordia, maakte ik nog een ommetje langs de singel waaraan die gevangenis staat, met mijn toenmalige verkering, M.T. Zij in ‘het lang’, zoals het toen hoorde. Passeerden we een marechaussee, die – mosterd na de maaltijd – belast was met de bewaking van de koepel. ‘Zorg maar dat er niet meer ontsnappen,’ of zoiets moet ik hebben gemompeld, waarop de bewaker: ‘Jullie zijn anders ontsnapt aan de ouderlijke zeggingsmacht’.

Je kunt maar beter aan zoiets een anecdote overhouden dan een herinnering als de inmiddels 66-jarige zoon van Faber, verwekt in 1944 bij de eerste Nederlandse echtgenote, dus nog gauw even ‘gemaakt’ voordat de vader aan het eind van de oorlog in eerste instantie in de Leeuwarder strafgevangenis werd opgesloten.

Arnold Karskens, de onvolprezen onafhankelijke oorlogsverslaggever van dagblad De Pers, sprak met Faber jr. Hij heeft zijn nu in Duitsland verkerende vader nauwelijks gekend en wenst hem zo gauw mogelijk weer achter de tralies. ‘Dood is ook goed.’

1 opmerking: