donderdag 28 juli 2011

Regionaal weer

Het is natuurlijk waar, dat het weer per regio sterk kan verschillen. Dat aspect heb ik in mijn vorig stukje. Ideale vakantiewerker, wat onderbelicht. Maar ik bedoel niet de verschillen die samenhangen met de wisselvalligheid, die de weermensen tot een zekere mate van wanhoop kan stemmen, waardoor je mededelingen kunt verwachten als ‘het kan vriezen of het kan dooien.’

Nee, het gaat over klimatologische verschillen die structureel zijn en waaraan je geen dagelijks weerbericht kunt ontlenen. Bekend is onder meer het weertype van de Kanaaleilanden, dat tot op zekere hoogte een subtropisch karakter heeft. Minder bekend zijn de ‘voordelige omstandigheden’ die vaak heersen aan de zuidkant van Walcheren. Zoutelande afficheert zich zelfs op het internet als de Zeeuwse Rivièra!. UIt eigen, jarenlange ervaring ken ik de uitzonderlijke positie die de waddeneilanden qua weersomstandigheden kunnen innemen. Heel vaak heb ik vanaf de wadkust van Terschelling de regenwolken boven het vasteland van Friesland zien hangen, terwijl het aan het Noordzeestrand stralend weer was. Altijd? Nee. Terschellingnet: ‘Feit is dat procentueel op Terschelling meer zonneschijn wordt gemeten dan gemiddeld in Nederland. Dat is een gegeven waar u zich aan vast kunt houden.’

Niet meer en niet minder, zou ik willen zeggen.

woensdag 27 juli 2011

Ideale vakantiewerker

regenwolk_smilingJa, laten we het tussen alle ellende door weer eens over het weer hebben. Het CDA-kamerlid Michiel Holtackers is de ideale vakantiewerker. Hij heeft zich – reces of niet – tot minister Melanie Schultz, die ook nog een snippertje milieu in haar portefullie moet hebben - gewend over wat hij noemt ‘de belabberde weersvoorspellingen van het KNMI’.

De boodschapper krijgt weer de schuld. Komt de Vierdaagse eraan, zou het KNMI ‘ten onrechte’ hebben ‘voorspeld’ (het KNMI noch zuster-weerstations voorspellen – ze verwachten) dat het veel en hard zou regenen. Met als gevolg dat nogal wat potentiële wandelaars zouden hebben afgehaakt. Op grond van dezelfde weerberichten – dus niet alleen van het KNMI – zouden mensen massaal zijn weggebleven van strand en pretpark. Exploitanten kwaad. Op wie? Op de boodschapper dus.

Laat ik, bij gebrek aan meer, eens louter op mijn ervaringsdeskundigheid afgaan. De weerkundigen hebben om te beginnen nergens ‘voorspeld’ dat het weer de evenementen zou bederven. Al hebben ze het niet mooier gemaakt dan de wisselvalligheid van deze zomer in petto had en heeft. Het regent of het regent niet – het motregent, of het komt met bakken uit de lucht – het is bewolkt, dus aangenaam of (te) koud – de zon breekt even door en het gaat weer wat beter, enzovoorts. Onze Michiel wil, dat het KNMI dit per regio aangeeft, te beginnen met de Sneeker zeilweek. Onmogelijk.

In één ding is Michiel Holtackers met glans geslaagd: in het vinden van het best denkbare populistische onderwerp dat in de komkommertijd valt te bedenken. Vandaar ook, dat hij zich wijselijk verre heeft gehouden van de mogelijke oorzaak van al deze nattigheid: de CO2-uitstoot, de opwarming en het broeikaseffect. Daar zou hij in het kader van de politieke aandachttrekkerij het paard mee achter de wagen hebben gespannen. En de media happen zonder dat ook wel.

dinsdag 26 juli 2011

Mensheid of menselijkheid?

De Belgische krant De Standaard heeft vandaag de kop: ‘Breivik wordt mogelijk vervolgd wegens “misdaden tegen de mensheid”’.’

Het is voor het eerst sinds jaren dat ik in dit verband weer eens het begrip mensheid zie opgevoerd; in de Nederlandse journalistieke praktijk is het doorgaans menselijkheid.

Op Taaladvies.net, een site van de Nederlandse Taalunie lees ik over het gebruik van ‘mensheid’ dan wel ‘menselijkheid’ een helder verhaal, met als conclusie: ‘Het inconsequente gebruik van mensheid en menselijkheid in juridische teksten heeft ertoe geleid dat ook in de journalistieke praktijk menselijkheid en mensheid door elkaar gebruikt worden.’

Of ik zelf een voorkeur heb? Mensheid! Het klinkt zwaarder. Bovendien werden ‘misdaden tegen de mensheid’ ten laste gelegd aan de Nazi-kopstukken tijdens de Neurenberger processen en dat sprak mij als jongetje van 11 jaar dat de oorlog had meegemaakt natuurlijk enorm aan. ‘Misdaden tegen de menselijkheid’ klinkt in mijn oren een beetje raar.

Overigens werd de omschrijving van dit soort misdaden ook al gebruikt tijdens de Eerste Wereldoorlog, las ik op Engelstalige Wikipedia en daar keek ik van op.

maandag 25 juli 2011

Revolutionair

De massamoordenaar Anders Behring Breivik, bewapend en geuniformeerd afgebeeld op zijn inmiddels geblokkeerde Facebook-pagina, noemt zich dus een revolutionair. Zijn revolutie kwam  (ik houd het op de verleden tijd, hoewel…) van rechts, in tegenstelling tot de Franse en de Russiche revoluties – die waren immers rood. Ook bij die revoluties moest de ‘gevestigde orde’ worden vermoord.

Deze keer zijn ‘de rooien’ slachtoffer; de kweekvijver van de Noorse sociaal-democraten. Vandaar dat ik zondag telkens aan de Paasheuvel moest denken, de plek op de Veluwe, waar de jonge socialisten tot in het midden van de vorige eeuw jaarlijks samenkwamen en dan op vurige toon werden toegesproken door Koos Vorrink, in de trant van ‘Proletariërs aller landen verenigt u!’ Sante Brun bracht het op de vroege morgen van de  day after op, scherp te constateren dat de bewakers van Wilders nu moeten worden overgeheveld naar Cohen.

Mannen als Robespierre en Danton moordden systematisch, met openbare (!) schijnprocessen en openbare (!) executies, letterlijk hoofd voor hoofd. Het lijkt of de geschiedenis een en ander met de mantel der liefde heeft bedekt, of sterker de Franse Revolutie, die op 14 juli 1789 begon met de bestorming van de Bastille (natuurlijk is dat slechts symboliek, want dit soort ontwikkelingen gaat altijd geleidelijk) is door de jaarlijkse viering met tricolore spuitende straaljagers boven de Champs Elysées, als het ware gelegaliseerd.

Helaas gaat het bij Breivik niet zonder meer over een ‘gevaarlijke gek’. Het is veel te simpel, hem te karakteriseren als een psychopaat, zoals een zich uiterst ongemakkelijk voelende Wilders deed. Uit wat hij in een reeks van jaren op internet publiceerde en uit de wijze waarop hij zijn aanslagen op z’n dooie eentje (?) heeft voorbereid, blijkt een uiterst intelligente, consequent doorredenerende geest, die zich ook nog eens, liefst in aanwezigheid van de wereldpers, in uniform voor de rechter zou willen verantwoorden. ‘Verschrikkelijk maar noodzakelijk.’ En die geest heeft verwanten, laten we daarvoor de kop niet in het zand steken. Op een forum van PVV-sympathisanten wordt Breivik (wederom tot ongemak van Wilders en consorten) omstandig geloofd! Verder zou er sprake zijn van een brein achter Breivik – welke god dan ook weet hoeveel breinen.

Europa heeft nu zijn equivalent van 9/11, namelijk 22/7. Er is één verschil, dat positief kan worden geïnterpreteerd, de Islam, in welke gedaante dan ook, is niet de dader. Integendeel.

donderdag 21 juli 2011

Even appelen halen

Weer es even terug naar de ‘goeie ouwe tijd’ oftewel de tijd van ‘Even appelen halen’.

Verklaar u nader.

Mijn collega en leeftijdgenoot Jan Keunen, die net als ik het journaleren niet kan laten en nog steeds in Oirschot een correspondentschap voor het ED uitoefent, heeft vandaag een verhaal over het plan, op de grond van de voormalige Bongerd aan de Spoordonkseweg een groot zorgcentrum voor dementerende ouderen te bouwen.

De Bongerd (boomgaard) was eertijds een fruitkwekerij – er rest slechts een afgebrande schuur – die letterlijk aan de weg timmerde met een groot bord: ‘Even appelen halen’. Weer een andere generatiegenoot, die destijds in mijn team van streekjournalisten werkte, overkwam daar het volgende.

De landelijke verkeersdienst van de politie opereerde toen nog op de autosnelwegen met witte Porsches. De perfecte verwerkelijking van een jongensdroom: met witte kapjes op het hoofd snelheidsduivels achterna zitten – of kleinere verkeerszondaars op een hoffelijke manier (‘de politie is je vriend’) terecht wijzen. Die kerels moesten natuurlijk af en toe de snelweg af, bij voorbeeld tussen de middag om te gaan chinezen.

Op zo’n moment verliet een Porsche het erf van De Bongerd, terwijl  de inzittenden de daad bij het woord hadden gevoerd en bij wijze van voorgerecht een appel zaten te kluiven. Mijn collega reed ‘n tijdje achter hen en kreeg pas in de gaten, wat de agenten aan het doen waren toen een van hen het klokhuis van zijn appel met een zwierige zwaai het Oirschotse luchtruim in gooide.

Je zit bij de vliegende brigade of niet.

woensdag 20 juli 2011

Bladvulling

Enkele suggesties, om je blad, respectievelijk je schermpje in deze moeilijke dagen – los van de Tour, een zwaar overschatte Amsterdamse Kraaij, een regenbui in Rotterdam, respectievelijk Murdoch en consorten – te vullen:

De tuinslang op een wespennest richten en kijken wat er gebeurt. Volg daarvoor SanteLOGie. Je laten informeren over de gevolgen van meeroken door tieners. Lees daarvoor bij voorbeeld het Eindhovens Dagblad, waar je trouwens ook terecht kunt voor de vondst van de ‘grootste bijtsporen van de dinosaurus’ in het zuidwesten van Zuid Korea.

In bijna alle gevallen zijn er al dan niet nader aangeduide onderzoekers aan te pas gekomen. Zoals dus bij de bewering dat tieners die meeroken ‘bijna twee keer zoveel risico lopen om op latere leeftijd hun gehoor te verliezen’.

Goed voor ons schuldgevoel, dit bericht, want deze week nog herinnerden we elkaar eraan hoe we tijdens vakantiereizen in de auto, met twee dametjes achterin, hebben zitten paffen. ‘Maar we hadden toch wel ‘n raampje open?’ – ‘Nou, dat geloof ik niet.’

Maar dat bericht over mogelijke doofheid is natuurlijk volstrekt k…t. Neem nou alleen maar deze ‘toelichtende’ zin: ‘Hoe meer de tieners worden blootgesteld aan passief roken, hoe groter de mogelijke schade is, aldus het onderzoek waar ruim 1500 tieners aan meededen’.

Laat ik er over uitscheiden. Van Sante Brun met zijn tuinslang staat tenminste vast dat hij binnen enkele seconden door die rotwespen in zijn nek werd gestoken.

vrijdag 15 juli 2011

Even het milieubeleid versoepelen

bungalows_randweg_640x480
Dialoogje aan de Bestse Ringweg, ter hoogte van  plan Schutboom.

hhBest:

- Zit het lekker zo, met dat voorbijrazende verkeer?

Mevrouw op terrasje van pas opgeleverde bungalow:

- Heb ik geen probleem mee.

- U bent een beetje van het bermtoerisme?

- Ja.

- Want dat is tenslotte het belangrijkst, wat u ervan vindt.

- Zo is het.

Wat is hier eigenlijk aan de hand?

Op veel plaatsen langs de Ringweg zijn geluidswallen aangelegd. Ook in het plan Schutboom, op de hoek met de Oirschotseweg. Een stukje van die wal is links op de foto te zien.

Maar dan houdt het opeens op. Dus geen geluidswal ter hoogte van de witte, geschakelde bungalows die nu, hooguit ‘n tiental meters  van de Ringweg, zijn verrezen. Die huizen hebben zelfs terrasjes, van waaraf je dus van het verkeerslawaai en de uitlaatgassen kunt genieten.

Klopt dit wel?

Allemaal legaal. En geaccepteerd voor zolang als het duurt.

Desgevraagd, herinnert een woordvoerder van de gemeente Best eraan, dat in 2008 voor deze woningen de geluidsbelasting is berekend. Daaruit bleek dat deze hoger is dan de zogenaamde voorkeursgrenswaarde. Geluidsreducerende maatregelen waren echter stedenbouwkundig niet inpasbaar, te duur of verminderden het geluid niet genoeg. Maar gelukkig bestaat er een ‘hogere grenswaardebeleid’, dat het de gemeente mogelijk maakt, een zwaardere geluidsbelasting toe te laten. Voorwaarde is wel, dat het binnenin de woningen ‘stil’ is en dat de geluidsbelasting op één zijde van de woning (in dit geval de voorkant) wèl onder de voorkeursgrenswaarde valt.

Juist dezer dagen besloten Burgemeester en Wethouders van Best, op het plan Poort van Best (starterswoningen) op de hoek van de Ringweg en de Oirschotseweg dezelfde tolerantietactiek toe te passen.

Het nageslacht mag beoordelen, of dit verstandig is of een vorm van struisvogelpolitiek. Vooralsnog zijn de bewoners er kennelijk content mee.

De plek van Wimme

Vandaag komt de Tour op de Aubisque langs de ‘plek van Wimme’. Een gedenkplaat herinnert daar aan de val van Wim van Est in het ravijn, waaruit hij met behulp van fietsbanden werd opgehesen. ‘Zijn hart stond stil, maar zijn Pontiac liep door.’ Dat gebeurde in 1951. De gedenkplaat kwam er in 2003, vlak voor het overlijden van IJzeren Willem. Er bestaat een foto van de man in tranen bij de onthulling.
De Sint-Willebrorder, die in zijn woonplaats (geboren werd hij in Fijnaart, in 1923) ook een standbeeld heeft, roept bij mij nogal wat jeugdsentiment op. Het was het in 1952, toen Wimme de klassieker van 600 km in één dag Bordeaux-Parijs won, dat ik in zijn chevy mocht meerijden achter de reclamekaravaan.
Die gunst kwam rechtstreeks uit het edele hart van de wielrenner. Ik had deelgenomen aan een werkkamp ten behoeve van de jeugd uit de krottenwijken van Bordeaux, dat was opgezet door de Nederlandse Franciscaan Lucas de Bruijn. De heenreis hadden we hotsebotsend in het VW-busje (zonder stoelen!) van de pater gemaakt; terug werden we geacht te liften.
Daags voor de start van de monsterrit, trof ik Wim aan de maaltijd in zijn Bordelees hotel. Het was zó voor mekaar. ‘Arme kinderen? Ge kunt met mijne maat meerijden naar Parijs.’
beguinHet werd een gedenkwaardige tocht, achter een reclamebus van Huiles Renault, waarop onophoudelijk een olieblikje ronddraaide. We zagen natuurlijk helemaal niks van de wedstrijd.

Mon parain Léon Beguin midden op het Brouckèreplein in Brussel. Moet je nu eens proberen.
Aangekomen in de Parijse agglomeratie, stuitten we op de assistent van Jacques Goddet (ook deze wedstrijd wordt georganiseerd door l’Equipe), ene Jean Garnault, een man met een van de stress rood aangelopen zultkop en kort geknipt haar, die ons verbood de door ons gewenste route te volgen.
‘Mais la police a dit….’
‘La police? La police? Moi c’est la police’
Hoe het ons gelukt is, mag Joost weten, maar ‘n paar uur later stond ik echt midden in de arena van  het Parc des Princes om daar de winnaar, vermoedelijk dus Wimme, over de eindstreep te zien schieten.
Ik kreeg een slaapplaats in het Institut Neerlandais en de volgende dag bereikte ik al liftend Brussel, waar ik door de weduwnaar van mijn peettante, Léon Beguin, die ik op aanraden van mijn moeder parain (peter) noemde, in zijn appartement aan de Bd Adolphe Maxe hartelijk werd verwelkomd.

woensdag 13 juli 2011

Vakantie-ethiek?

Bijna weer wat gemist. Lloret de Mar heeft het Griekse Chersonissos verdrongen van de top 5 van vakantiebestemmingen voor jongeren. Om zoiets aan de weet te komen  moet je de Metro of Sp!ts lezen, of een betaalde krant die ‘s anderendaags de wegwerplectuur citeert. Want dat gebeurt ook.

Op zich zou ik het niet hoeven weten, ware het niet dat aan  de verminderde populariteit van Chersonissos een  zekere mate van laat ik zeggen ethisch redeneren ten grondslag ligt. De jeugd van tegenwoordig en ethiek? Geloof me,er is echt meer onder de zon dan de EO Jongerendagen.

De verminderde animo voor het Griekse vakantieoord zou te maken hebben met een televisieserie Oh Oh Cherso, een aaneenrijging van drukte, nee chaos en vechtpartijen. Jongeren ‘willen wel een feestvakantie, maar dan goed georganiseerd en zonder problemen,’ zegt een reisorganisator. En reaguurder  McMandy op de website van Sp!ts: ‘Ik vind het echt wel leuk om met andere jongeren rond te hangen, maar dat massale kan ik echt niet tegen. Ik word dan echt gek, nergens ruimte. Ga je stappen ben je een uur bezig om wat te  zuipen te krijgen.’

Dan maar Lloret de Mar aan de Costa Brava? Daar schiet ik dan wel weer van in een lach, omdat de wilde verhalen daarover, inclusief compleet gesloopte hotelkamers, nauwelijks onderdoen voor die van Cherso.

Toevallig zijn wij ‘n keer, op doorreis in het voorseizoen, op een geraffineerde manier bestolen op een camping in Lloret. Voor de oplossing van de problemen waren we volledig aangewezen op het thuisfront; de politie ter plaatse kent haar talen niet en de campingbaas werkte eerder tegen dan mee, waardoor ik nog steeds geloof dat-ie in ‘t complot zat.

zondag 10 juli 2011

Burgemeesters

In een opiniestuk in het ED steekt Frans Adriaanse, voorzitter van de Stichting Behoud Erfgoed Oirschot, de loftrompet over E.A.M.A. Steger (zich nóóit  tegenover het gemene volk Ed noemend), burgemeester van 1938 tot maar liefst 1967.

De verdienste van Steger zou zijn, dat hij het monumentale dorp tegen aantasting van wat dan ook heeft weten te behoeden. Zit zeker veel waarheid in, al vraag ik me nu af, onder wiens bewind indertijd die rare donjon van een of andere meubelfirma aan de Koestraat is verrezen.

Tegenwoordig spreekt men niet gauw meer over een burgemeestersbewind, aangezien de dominante positie van deze functionaris intussen tot laat ik zeggen wat democratischer proporties is teruggebracht. Maar tot in de jaren zestig van de vorige eeuw had een burgemeester, zeker van een dorpsgemeente, veel meer invloed op de ontwikkelingen,  kon hij er zijn stempel op drukken. Een burgemeester als J. van Woensel, bij voorbeeld, opgeklommen tot het ambt vanaf volontairtje (zoals dat toen nog heette) op een gemeentesecretarie. Hij industrialiseerde de gemeente Hoogeloon in de Kempen, door met een koffertje vol documentatie de bedrijventerreinen van Eindhoven af te speuren op ondernemingen die duidelijk wat krap in hun jasje zaten.

Iemand die ook erop uit was, zijn agrarische gemeente op te stuwen in de vaart der volkeren, was P. Ballings, een ex-rijksambtenaar, geparachuteerd in Bladel. Hij begon ermee, licht, lucht en ruimte te scheppen, door alle majestueuze bomen op de Bladelse Markt te rooien. ‘Moet je ook doen,’ zei hij tegen collega J. Stevens van het nabije Eersel, een dorp dat qua monumentaliteit met Oirschot kan wedijveren. ‘Nee’, zij Stevens, ‘ik plant zelfs lindebomen bij, voor als de oude sterven.’

Over ‘macht’ gesproken, mr. G.F.J. Notermans (voor intimi Guido) verbood een heropvoering van een operette De Rozen van Sjanghai, vanwege de daarin vervatte kritiek op de gemeente Best. Schreef de legendarische streekjournalist Piet de Bont: ‘Geen rozen zonder doornen.’ Notermans kwaad.

Maar Steger in Oirschot was iemand die in 1963 de viering van zijn zilveren ambtsjubileum zelf tot in de puntjes regelde. Verder verstond hij de kunst, regelmatig de landelijke pers te halen, door laten we zeggen, enigszins afwijkend gedrag. Zo zette hij de dorpsbakker eens aan het opruimen van een illegale vuilnisbelt in het buitengebied, omdat hij tussen de rommel pakpapier van die bakker had zien liggen. Daar zijn toen Kamervragen over gesteld: ‘Middeleeuwse hand- en spandiensten in Oirschot?’ Ernstiger was Stegers verzuim, onderscheidingen die aan Oud-Indiëstrijders waren toegekend, uit te reiken. Hij liet ze in zijn bureaula liggen totdat het dagblad Oost Brabant daar achter kwam en het een lintjesaffaire werd.

Geen wonder dat de herinnering aan  de hoogleraarszoon, die het redactielokaal van het gerenommeerde katholieke dagblad De Tijd binnenstapte om de redacteuren met de inhoud van de krant te complimenteren (‘Goh, dank u wel.’) omringd is met anekdotes. Zo schijnt Steger in het Essogebouw aan het Malieveld in Den Haag te zijn gaan pleiten voor het vervangen van het rood-wit-blauw van de benzinepomp in Oirschot door groen! Hij kreeg daar ten antwoord: ‘Meneer Steger, onze benzinestations over de hele wereld tot in Tanzania zijn rood-wit-blauw en dat zal zo blijven. Dus ook in Oirschot.’

(Gesproken column voor omroep Best, 13.07.11, 18:10 uur.)

woensdag 6 juli 2011

Boeven van weleer

Er is ‘n hoop te doen over Jan Pieterszoon Coen, van wie een trots standbeeld het plein De Rode Steen in zijn geboorteplaats Hoorn domineert: in de gouden eeuw gouverneur-generaal van Nederlands Oost-Indië, maar ook zeer bedreven in het bloedig uitschakelen van wie toen inlanders werden genoemd. De weerzin tegen deze tot dusver verdoezelde karaktertrek drijft het Hoornse stadsbestuur er toe, bij wijze van compromis, de tekst op de sokkel van dat standbeeld enigszins te kuisen. Niks trots op de VOC, laat staan dat dat een instantie is die ons heden ten dage zou moeten inspireren zoals de gesjeesde MP Balkenende ons tot niet geringe consternatie aanbeval.

LumeyZo weet ik er nog wel ‘n paar. Het oordeel over een latere gouverneur-generaal (1904-1909), zijne weledelgestrenge Joannes Benedictus van Heutsz, is bij voorbeeld in de loop van de vorige eeuw drastisch gewijzigd. ‘Vanwege het feit dat 70.000 inwoners van Atjeh vermoord werden tijdens zijn bewind, werd hij later het symbool van koloniaal bestuur’, aldus Wikipedia.

Ook bepaald geen lieverdje was de aanvoerder van de Watergeuzen in de Tachtigjarige Oorlog, de Limburger Willem II van der Marck, heer van Lumey  bijgenaamd Het Everzwijn. Zie afbeelding. Hij is vooral bekend als de veroveraar van Den Briel (toen Alva op 1 april 1572 z’n bril verloor), maar is ook verantwoordelijk voor onder meer de moord op 19 monniken uit Gorinchem. Men leze het Geuzenboek van Louis-Paul Boon voor interessante details hierover, die tot dusver niet in de geschiedenisboekjes voorkwamen.

Want de geschiedenis is voor de een niet die van de ander. Die voor de protestanten waartoe Lumey zich ‘bekeerde’ verschilt aanmerkelijk met die van  de katholieken, oftewel de bril van de Spaanse terrorist Alva, heeft een ietwat andere focus dan die van Willem van Oranje. Vader des Vaderlands, jawel maar ik heb onlangs (In Brabant, jaargang 2 nr. 1, ISSN 1879-4599) een wetenschappelijke verhandeling gelezen, waarin getracht wordt aan te tonen dat Oranje mede verantwoordelijk moet worden gehouden voor moordpartijen en plunderingen in de Meierij van ‘s-Hertogenbosch.

Werk aan de winkel. Wil men consequent zijn, dan moeten er heel wat standbeelden en straatnamen worden aangepast, c.q. vervangen. Ook in Best, waar zowel J.P. Coen als Lumey kritiekloos zijn vernoemd, de laatste zelfs nogal provocatief in een straat, waaraan een protestants-christelijke basisschool is gevestigd.

maandag 4 juli 2011

Vijfjaarlijkse bijscholing? Dan zeker de truckers

Verkeersofficier van Justitie Koos Spee pleitte zondagavond in het KRO-actualiteitenprogramma Brandpunt voor een vijfjaarlijkse ‘bijscholing’ van automobilisten. Moedige kerel, als je weet dat er nauwelijks officials zijn die meer worden bedreigd dan Spee. Wat dat betreft lijken de bedreigingen van de burgemeester van Helmond, waarover politie en justitie al een half jaar alleen maar geheimzinnig doen, terwijl de media er maar geen vinger achter krijgen, een lachertje.

En periodieke bijscholing? Dan toch zeker de vrachtautochauffeurs. Er gaat geen dag voorbij of ze doen van zich spreken, in verband met onverantwoord verkeersgedrag, voornamelijk te hard rijden. Zo heb ik het afgeleerd, bij ritten naar de Ardennen, de rondweg van Luik (trouwens een omweg van wel 20 kilometer) te volgen. Onvoorstelbaar wat voor wild-west-taferelen zich daar onder aanvoering van het internationale transport afspelen.

Op de Koning Boudewijn-autoweg (le roi triste) nabij Herentals werd vanmorgen een 23-jarige vrouw tussen twee vrachtauto’s geplet (gedood) doordat een trucker een file te laat opmerkte.

Misschien vinden niet alleen Nederland, maar ook België en wellicht Europa het voorstel van Koos Spee een goed idee.

Het hoofd ontbloten

mladicDe van oorlogsmisdaden verdachte Mladic, maakte een weigering om  zijn baseballpet af te zetten tot onderdeel van zijn luidruchtig provocerend gedrag tegenover het Internationaal Gerechtshof. Al gaf hij wel als reden op dat hij het koud had.

Het is voor het eerst sinds jaren, dat ik weer eens verneem over het afnemen van hoed of pet als uiting van respect. Het hoofd ontbloten. Tot lang na het ontstaan van de Grondwet in 1848, die iedereen gelijk maakte, placht men hoed of pet af te nemen voor O.L.  Heer, pastoor en dominee, burgemeester, dokter en werkgever.

Niet altijd was het een  kwestie van onderdanigheid; het behoorde ook tot de egards. Mijn vader, die hoeden droeg à la de schrijver Nescio <- (1882-1961)placht, als hij een hem nesciobekende dame tegen kwam, ten behoeve van haar vrije doorgang het trottoir te verlaten en met een zwierig gebaar zijn hoed af te nemen: ‘Mevrouw!’

Tot in het midden van de vorige eeuw, droeg de gemiddelde burger een hoed, de boer en de arbeider een pet, vaak zelfs tot in huis. De zeldzame keer dat een boer zijn pet afzette, onthulde hij als top van zijn donkerbruin getaande hoofd een roomblanke schedel.

BuysseIn België waren petten (klakken) meer in zwang dan hoeden, ook bij welgestelden als de schrijver Cyriel Buysse <- (1859-1932). En die pet oogde best wel chique.

Een markante rol speelt de pet-afzet-symboliek in het ‘sociale’ drama In de Jonge Jan van Herman Heijermans. Een rechter commissaris hoort daarin de verver Bik als getuige van een vermoedelijk aangestoken brand. Bik beantwoordt de vragen van de rechter telkens met een afgemeten Jawel. De magistraat, geërgerd: ‘Zet die pet af en kan jij niet met twee woorden spreken?’ Bik: ‘Dat kan ik, als hier niet gejijd en gejoud wordt.’

zaterdag 2 juli 2011

Knokken voor regionale orkesten niet nieuw

Het Brabants Orkest moet zien, structureel (dat wil zeggen jaarlijks) drie miljoen bijeen te scharrelen, wil het in zijn huidige vorm kunnen voortbestaan. Dat ziet er somber uit. Somberder nog dan pakweg 60 jaar geleden, toen de regionale orkesten, aangevoerd door de onvolprezen musicoloog Wouter Paap, een emancipatorisch proces doormaakten. In die tijd kon er, door randstadbril bekeken, uit ‘de provincie’ niets fatsoenlijks voortkomen.

Ik ben oud genoeg om daar het een en ander van te hebben meegemaakt. De worsteling om het voortbestaan van het Frysk Orkest met name. Je kunt er zonder overdrijving van zeggen dat dat toen met dubbeltjes van de Friese bevolking overeind is gehouden.

Toen ik begin 1956 als aankomend journalist in Leeuwarden kwam te werken, verschenen daar maar liefst vijf dagbladen, inclusief een Friese editie van het Het Vrije Volk. Die kranten waren net een gezamenlijke actie begonnen, onder de merkwaardige naam Open Doekje voor het Frysk Orkest. Het benul over de praktijk van een symfonieorkest, waaraan nimmer een toneeldoek te pas komt, was blijkbaar nihil.  Misschien moet ik voor de jongelui even uitleggen, dat met een open doekje, applaus bij open doek wordt bedoeld. In het hedendaagse theater speelt het lijsttoneel met halen en zakken van een ‘gordijn’ nauwelijks meer een rol.

De actie bestond eruit, dat de kranten – over hun onderlinge wedijver heen stappend – dagelijks een thermometer publiceerden, die de stand van de collecte weergaf. Daartoe kwamen redacteuren van die dagbladen elke middag om 12 uur in het betreurde Leeuwarder hotel Amicitia, onder voorzitterschap van Keimpe Sikkema, chef-redacteur van de Leeuwarder Courant, bijeen. Ik werd als Brabander door Sikkema voor het eerst geconfronteerd met het Frysk, door hem ook nog eens uitgesproken met pijp geklemd tussen de tanden. Het eerste woord dat ik zodoende leerde was goune (spreek uit goene), oftewel gulden!  Welnu binnen een half jaar speelde Friesland het op deze manier klaar, het toen formidabele bedrag van 120.000 goune bijeen te brengen. Het kwam neer op de redding van het Frysk Orkest.

De kranten hadden de smaak te pakken gekregen en organiseerden vervolgens een soortgelijke actie voor de stichting van een kinderboerderij in Leeuwarden.