De oude vergaderzaal van de Tweede Kamer krijgt weer zijn historische vorm. Op Een Vandaag zag ik gisteren de totale verwording: een kleurrijke vloer van tapijttegels, die aan de oubolligheid van Heugafelt doen denken; rare variaties op het thema kroonluchter, voortbrengsel van designgekte. Kortom weg ermee. Dit had nooit mogen gebeuren.
Herstel van de groene bankjes, het dito gordijn waarachter volgens Jan Hoedeman – die het heeft meegemaakt - werd gerookt, de rode vloerbedekking enzovoorts. Bijna tweehonderd jaar heeft het er zo uitgezien en al die tijd werd er met ups en downs het leven van de Nederlanders gestuurd. We waren, oké boomer, nog een knus land zonder echte dreigingen.
Geestverschijningen: de over zijn leesbrilletje kijkende premier Piet(je) de Jong, Anne Vondeling, boer Koekoek, die over ‘ome’ Joop den Uyl zong ‘doet in z’n broek’, gladde teckel (volgens Wim Kan) Norbert Schmelzer en, niet te vergeten, ‘de freule’, voluit Jkvr.Mr. Ch.W.I. (Bob) Wttewaall van Stoetwegen van de Christelijk Historische Unie (CHU), die tot de intimi behoorde van koningin Juliana, ooit door de vpro afgebeeld als spruitjes schoonmakende Hollandse huisvrouw. Was het tijdens een mediadebat dat des Kamers troeteldier vertwijfeld uitriep: ‘Dit is gekkenwerk’?
Gauw terug naar vroeger? Nou ja, dat interieur in elk geval.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten